Denis Heylen (Foto: Dick Demey)

Vijf meubelzaken van Heylen failliet, familiekwestie komt naar boven

De ondernemingsrechtbank heeft zoals verwacht het faillissement uitgesproken van de vijf winkels van meubelgroep Heylen. Volgens een insider is één van de redenen voor de teloorgang van het imperium te wijten aan de vetes tussen vader en zoon. “Ze zagen elkaar meer in de rechtbank dan erbuiten”, klinkt het.

De nog vijf overblijvende winkels van meubelketen Heylen legden de afgelopen dagen de boeken al neer. Het gaat om Meubelen Heylen, Interieur Plus en Meevita op de meubelboulevard in Peer, De Prijzenklopper in Hechtel-Eksel en Meubelen Heylen in Kortenberg, de enige nog overblijvende vestiging buiten Limburg. Donderdagvoormiddag daadwerkelijk het faillissement uitgesproken door de ondernemingsrechtbank Antwerpen, afdeling Hasselt.

Na vijftig jaar komt er zo een einde aan de ooit zo bekende meubelgroep. Een verhaal dat in 1970 begon met één bescheiden meubelzaak, opgericht door Denis Heylen. Een kleine tien jaar geleden gaf hij de fakkel door aan z’n kinderen. Zoon Koen nam de absolute leiding, een andere zoon deed de boekhouding. Denis’ dochter zocht al snel andere oorden op en ook de voormalige schoonzoon, die destijds mee in het management zat, koos vele jaren geleden eieren voor zijn geld.

Schip met twee kapiteins
Koen en Denis hielden er echter een erg verschillende visie op na. “Het was een heel ongezonde situatie”, zegt een welingelichte bron, die recent nog een belangrijke functie bekleedde in het bedrijf. “Vergelijk het met een schip dat twee kapiteins had. Als de ene A zei, zei de andere B.”

Koen Heylen reageerde donderdag schriftelijk aan VTM Nieuws. “Na de coronahype daalde de omzet in de sector met twintig procent. Dit jaar nog eens. En we hadden het geld niet om te investeren in nieuwe gebouwen. Daar kwamen de energiekosten nog eens bovenop. Plus, de procedures die mijn vader heeft aangespannen, hebben veel tijd en energie gekost.”

Trauma
Vader Denis nuanceert. “Ach, dat het tussen ons persoonlijk niet altijd goed ging, is niet zo erg”, zegt hij in Het Belang van Limburg, terwijl hij wel duidelijk zijn zoon als verantwoordelijke aanduidt voor de slechte gang van zaken. “Als je ziet dat iemand je levenswerk aan het beschadigen is en niet bereid is om te luisteren, dan is dat heel zwaar. Al sinds het begin dat hij in de zaak gekomen is, gaat het slecht. Of ik hem dat verwijt? Neen, helemaal niet. Je kan niet boos zijn op je kind omdat hij genetisch niet genoeg van jezelf heeft meegekregen.”

Vraag is hoe het nu verder moet met de gedupeerde klanten, die al wel een voorschot betaalden maar nog geen meubels kregen. “Ik zal alles doen wat in m’n macht ligt om hen goed te bedienen”, zegt Denis. “Dat hebben we altijd gedaan en dat zal ik nu ook doen.”