De afgelopen twee boekjaren zijn er bij de grootste 500 bedrijven van Limburg zo’n 7.500 jobs bijgekomen. Ook de omzet van deze bedrijvengroep nam in 2015 met 4 procent toe. Dat blijkt uit cijfers van VKW Limburg, dat ieder jaar in primeur de jaarcijfers van de 500 grootste ondernemingen in de provincie verwerkt tot een indicatieve analyse. “De financiële crisis en de sluiting van Ford Genk mogen we nu helemaal tot het verleden rekenen,” aldus voorzitter Bas van de Kreeke in zijn conclusies.
Het is al voor de 31ste keer dat VKW Limburg de Top 500 publiceert. Het zijn de jaarcijfers van 2015 (ook de nog niet gepubliceerde), waarbij een rangschikking wordt gemaakt op basis van omzet. Ook de andere parameters worden door de studiedienst van VKW Limburg verwerkt tot een rapport dat een goede waardemeter vormt voor de economische conjunctuur in de provincie.
“De analyse van de nieuwe Top 500 wijst op groei”, zegt Bas van de Kreeke. “De winsten die werden geboekt in het uitstekende jaar 2014 zijn duidelijk aangewend voor nieuwe investeringen, zowel in personeel als in andere hefbomen om de groei te bestendigen.” Van de 500 grootste bedrijven zijn er 317 met een omzetstijging, terwijl er dat in 2013 maar 275 waren. Punch Powertrain, bouwgroep Democo en uitzendbedrijven Actief Interim en Asap.be maken daarbij de grootste sprong.
“We zien dat de tewerkstelling bij de Top 500-bedrijven is toegenomen van 70.655 in 2013 tot 78.131. Een zeer goede evolutie, die het verlies na de sluiting van Ford meer dan goedmaakt,” aldus nog de VKW-voorzitter. Vooral in de dienstensector zijn er veel jobs bijgekomen. ICT-bedrijf Cegeka spant daarbij de kroon.
Een negatief punt uit de economische analyse is dat de personeelskost in verhouding tot de omzet is gestegen, stelt de werkgeversorganisatie. Ook de rendabiliteit van de grootste ondernemingen gaat er op achteruit. Toch zijn de conclusies positief. “De groei op vlak van omzet en tewerkstelling zijn hoopgevend,” stelt Bas van de Kreeke. “Als we nu ook nog de rendabiliteit kunnen opkrikken en de personeelskost onder controle houden, zijn we helemaal op de goede weg.”
