Persagentschap Belga deelt mee dat de directie van Purmo donderdagochtend de intentie tot sluiting van de productie heeft bekendgemaakt tijdens de bijzondere ondernemingsraad. De reden is niet alleen het dalende aantal orders, maar ook de concurrentie van alternatieve verwarmingssystemen zoals warmtepompen, en de fors gestegen loonkosten door de hoge inflatie, spelen het traditierijke bedrijf parten.
Purmo is van oudsher (sinds 1966) gespecialiseerd in de productie van de zogenaamde 50 mm paneelradiatoren voor centrale verwarming. En dat soort verwarming ligt niet meer goed in de markt, vooral door de afbouw van centrale verwarming op stookolie en gas.
Bij de vakbonden kwam het nieuws binnen als een verrassing. “Dit voelt als een slag in het gezicht, “ zegt secretaris Ellen Maes van ACV Metea aan Belga. “We wisten wel dat er iets stond te gebeuren, er was immers al geruime tijd een behoorlijke economische werkloosheid. Maar dat de hele productie zou worden stilgelegd, is een verrassing.”
Energietransitie
De 227 medewerkers van Purmo worden tijdens verschillende personeelsvergaderingen op de hoogte gebracht van de intentie tot collectief ontslag, waardoor de Wet Renault van kracht is. Door het stilleggen van de productie, voorlopig gepland tegen het eind van 2023, staan 143 banen op de helling. De jobs in het distributiecentrum en andere functies buiten de productie, zijn vooralsnog niet bedreigd.
“We staan met de rug tegen de muur,” zegt gedelegeerd bestuurder Antoine Aerts van Purmo. “De vraag naar de klassieke paneelradiatoren is zeer sterk gedaald, en wij zien dat op lange termijn ook niet meer goedkomen. Dat heeft vooral te maken met de energietransitie en de regelgeving die centrale verwarming in nieuwbouw niet meer toelaat. Er is een harde concurrentie met alternatieve systemen, waardoor de vraag naar onze paneelradiatoren in elkaar gestuikt is. Dat alles maakt het onmogelijk om de productie op een rendabele wijze in stand te houden.”
De directie gaat binnenkort de onderhandelingen met sociale partners rond dit voornemen opstarten. “We zullen dat doen in alle openheid in transparantie,” benadrukt Antoine Aerts nog.
