Pittsburg Corning Europe in Tessenderlo, producent van het bekende isolatiemateriaal foamglas of cellulair glas, gaat vijf windmolens laten bouwen op zijn stuk industriegrond. Het bedrijf gaat daarnaast ook een nieuw bouwsysteem maken en commercialiseren.
Die twee nieuwigheden heeft managing director Benelux Frank Vanhove donderdag bekendgemaakt naar aanleiding van de viering van 50 jaar foamglas in Europa. In 1964 besloten de Amerikanen om in Tessenderlo een fabriek te bouwen voor de productie van deze isolatie. Het gaat om materiaal dat wordt gemaakt uit gerecycleerd glas (60%), zand, dolomiet, kalk en ijzeroxide. Dat mengsel wordt gesmolten en daarna ‘opgeschuimd’ tot miljoenen minuscule glascellen. Het zijn die glascellen die foamglas zijn unieke eigenschappen leveren: hoge isolatiewaarde, zeer duurzaam, bestand tegen vocht, ongedierte en chemicaliën, en zeer sterk. Het bedrijf in Tessenderlo, de grootste producent ter wereld, levert jaarlijks zo’n 300.000 m³ foamglas af, dat vooral gebruikt wordt als isolatiemateriaal in de bouw en industrie.
Innovatie
In de toekomst wil Pittsburg Corning Europe bovendien zijn energieverbruik nog verder ‘vergroenen’. “Vandaar het plan om op onze site dit jaar nog vijf windmolens te laten bouwen,” zegt Frank Vanhove.
Daarnaast gaat het bedrijf ook een eigen bouwsysteem lanceren, op basis van ‘bouwstenen’ uit foamglas, onder de naam ‘Koljern’. “Het gaat om een innovatief prefab-bouwconcept, dat in Zweden ontwikkeld is,” legt Vanhove uit. “Het wordt nu al gebruikt in projecten in Scandinavië. Tegen volgend jaar willen we dat ook hier op de markt brengen.”
Het bedrijf in Tessenderlo stelt 370 mensen tewerk. In heel Europa, inclusief het dochterbedrijf in Tsjechië, werken er 750 mensen, goed voor een omzet van 139 miljoen euro.