Themabeeld winkelketens Bree

McDonaldisering treft Limburgse handelscentra: 1.175 zelfstandige winkeliers gestopt

In tien jaar tijd zijn meer dan duizend zelfstandige winkeliers in Limburg gestopt. Dat is één op vijf. Redenen zijn de doorbraak van online shoppen, het gebrek aan familiale opvolging, de hoge personeelskosten en de gestegen huurprijzen. In de grotere gemeenten en steden worden de vrijgekomen plaatsen deels ingevuld door ketens, maar die blijven niet lang als er onvoldoende passage blijkt te zijn.

Uit cijfers van onderzoeksbureau Locatus blijkt dat tussen 2013 en 2023 er 1.175 winkels in Limburg zijn gestopt, goed voor bijna 20 procent van het totaal. “De zelfstandigen zijn ouder geworden en hebben vaak geen opvolging”, zegt retailexpert Jorg Snoeck van Retail Detail. “De tijd van goed geld verdienen, is al even voorbij. De huur blijft hoog en de personeelskost is met 25 procent gestegen. En dan heb ik het nog niet over de verdamping van de omzet doordat veel mensen online shoppen…”

McDonaldisering
“De consument is aan het consuminderen door de knip op de beugel te houden en door meer aandacht te hebben voor tweedehandsspullen. Dan wordt het voor een zelfstandige verkoper lastig, dus die stopt ermee, en ook de ketens krijgen het moeilijk.” Bewijs? Tussen 2013 en 2023 zijn in Limburg 148 filialen van grote ketens verdwenen, een daling van 9 procent. De overgebleven 1.463 winkelpanden van ketens nemen nu dus een groter deel van de winkelvloer in handen. Deze zogenaamde ‘McDonaldisering’ van de winkelstraat geeft aan dat steeds meer goederen en diensten homogener of gestandaardiseerd worden. Niet meer het belegde broodje van het zaakje om de hoek, wel eentje van Panos. Geen ambachtelijke préparé van de lokale slager, maar een voorverpakt potje van Renmans, Buurtslagers of een grote supermarktketen.

De Limburgse gemeenten die zich het sterkst in de greep van die ketens bevinden, zijn Maasmechelen (45,8 procent), Hasselt (35,4 procent), Bree (34,5 procent) als top 3, gevolgd door Genk (33,4 procent) en Lommel (32,3 procent). Onderaan het lijstje, dus met het minste ketens en het meeste plaatselijke handelaars, staan Voeren, Alken, Zutendaal, Kinrooi en Gingelom.