Het is niet omdat hij nog maar pas is getrouwd, dat Jan Coninx, vennoot van Odigo Advocaten, wat goede raad kon gebruiken. Als mede-zaakvoerder van het kantoor met zo’n 14 mensen, moet hij ook als ondernemer sterk in zijn schoenen staan. En dus ging hij in het kader van het VKW-programma Jonge Managers, Wijze Mentoren, in de leer bij Jan Maurissen, gedelegeerd bestuurder van Van Havermaet Groenweghe. We legden beiden enkele vragen voor (als slot van onze reeks):
Waarom wou je meedoen aan het programma? Op welke domeinen wou je (bij aanvang) iets bijleren van je mentor?
Jan Coninx: “Omwille van een verdubbeling van het aantal mensen op kantoor was ik op zoek naar een ervaren klankbord om bepaalde situaties vrijblijvend af te toetsen. Vooral qua people management en innovatieve marktpositionering wou ik graag bijleren.”
Hoe verliep de kennismaking? Was er meteen verbondenheid merkbaar?
Jan Coninx: “Vanaf het eerste moment voelde de kennismaking ongedwongen en spontaan aan. Aangezien we beiden actief zijn binnen de dienstensector waren er snel gemeenschappelijke onderwerpen waarover met diepgang werd gesproken. Bovendien bleek mijn mentor super vlot én op de koop toe ook buiten de zakelijke context een heel interessante kijk te hebben op de wereld en het leven in het algemeen.”
Welke thema’s zijn er aan bod gekomen? Zijn er gaandeweg nieuwe items op de agenda geraakt?
Jan Coninx: “Onder andere kantoorstructuren, innovatie binnen de dienstensector, markpositionering en samenwerking onder vennoten passeerden de revue.”
Hoe verliepen de contactmomenten concreet?
Jan Coninx: “We spraken elkaar meestal ’s avonds binnen het gezellig kader van een restaurant, gewapend met een glas wijn en de inspiratie van het moment.”
Wat is de beste tip die je op zak hebt gestoken?
Jan Coninx: “Tal van zijn tips zijn me dierbaar. Wat echter een blijvende indruk heeft nagelaten is zijn zeer gepassioneerde en gedreven beleving, want hoewel hij toch al heel veel zakelijke pluimen op zijn hoed mag steken, en misschien het zelfs rustiger aan zou kunnen doen, blijft hij innoveren en vooruitlopen op de toekomst.”
Wat heeft Jan Maurissen, vennoot bij Van Havermaet Groenweghe, van de samenwerking onthouden?
Waarom heb je ja gezegd toen de vraag er kwam om als mentor te fungeren?
Jan Maurissen: “Ik vind het boeiend om jonge mensen te triggeren in hun professionele loopbaan. De ervaringen die je zelf hebt meegemaakt delen, in de hoop dat de jongeren sneller inzicht krijgen in hun persoonlijke ontwikkelingsproces, en in de hoop dat ze een aantal valkuilen kunnen vermijden. Voorts vind ik het ook een maatschappelijke verplichting om een deel van je tijd kosteloos en nuttig te besteden aan jongeren.”
Neem je deze rol ook dagdagelijks op in het bedrijf, m.n. naar eigen medewerkers, familiale opvolgers,…
Jan Maurissen: “We hebben vergelijkbare processen lopen in ons bedrijf, waarbij we elk 2 jongeren onder onze hoede nemen. Met vooral de nadruk op het persoonlijk groeiproces, veeleer dan opleiding on the job.”
Wat zijn de belangrijkste eigenschappen van een high-potential ondernemer?
Jan Maurissen: “High-potentials zijn voor mij jongeren die out of the box kunnen denken, snel analyses kunnen maken en creatief uit de hoek komen met oplossingen. Daarnaast moeten ze uiteraard met de nodige passie en drive bezig zijn met hun job, en dat ook uitstralen naar collega’s en klanten.”
Verliepen de contactmomenten zoals je zelf had gedacht? Welke aspecten zijn er meer of minder aan bod gekomen?
Jan Maurissen: “De gesprekken liepen niet echt gepland. Dit was ook een bewuste keuze. We hebben telkenmale op restaurant afgesproken met daarna nog een gesprek tussen pot en gin. We hebben besproken wat er ter tafel kwam. De onderwerpen waren zeer divers. Ik zocht naar de uitdagingen die ik de mentee zelf liet ontdekken: challengen, uitdagen, ervaringen uitwisselen…”
Heb je zelf iets opgestoken van de mentee?
Jan Maurissen: “Absoluut! Om een of andere reden wakkerde Jan (de mentee) mijn creatief vuur aan. Hij bracht me op ideeën die ik zelf kan toepassen. De laatste keer zelfs met de challenge om als eerste het idee toe te passen. Bij hem was het al de dag nadien… De gesprekken deden me telkens weer goesting doen krijgen in het ondernemen.”