De invoering van de ‘black box’ die het voor horeca-ondernemers haast onmogelijk maakt om zwarte inkomsten te innen, blijft niet zonder gevolgen. Ook in Limburg kiezen horeca-uitbaters massaal voor beperkte openingsuren of sluiten ze helemaal de deuren. Ze weten allemaal dat het systeem van de ‘witte kassa’ onvermijdelijk is, maar de brief die ze zopas van de federale overheid hebben gekregen om zich voor 28 februari in orde te stellen, doet velen nu concreet tot actie overgaan.
“We doen voortaan later de deuren open, sluiten vroeger, beperken de menukaart en voeren extra sluitingsdagen in,” aldus de uitbater van een gekende zaak in Hasselt. “In de plaats van 5 zijn we nu nog 3 dagen open,” aldus een andere. “Het personeel werkt nog maximaal 38 uur per week aangezien overuren niet meer te betalen zijn. We hopen wel dat de goede werknemers nu niet gaan vertrekken.”
Voor heel wat horeca-uitbaters is dit de druppel die de emmer doet overlopen. Zoals Raf Voncken van de Schenkerij in Bilzen, die na 19 jaar een eetcafé te hebben uitgebaat, ermee kapt. “Het sop is de kool niet meer waard. Ik stop. Het is tijd voor iets anders,” zegt hij. “Vroeger konden klanten nog een pintje drinken en mochten ze aan de toog hun sigaretje roken. Doorheen de jaren werd de reglementering alsmaar strenger. Dan kwam er de crisis die al jaren duurt, en nu volgt de witte kassa, wat alles nog eens zoveel complexer maakt. Ik heb voor mezelf besloten dat het genoeg is geweest. Het is tijd om andere horizonten te verkennen, al geef ik toe dat dit geen makkelijke beslissing was.”
Volgens een enquête van Horeca Vlaanderen vreest maar liefst één op de drie uitbaters dat ze door de invoering van de witte kassa op middellange termijn niet zullen overleven.
YL/KMe
