Er worden dezer dagen knopen doorgehakt over de betaalbaarheid van de energiefactuur. Wat nu al vaststaat is dat de maatregelen peanuts zullen zijn in vergelijking met de toegekomen kost. Een cheque van 100 euro, een korting voor de steuntrekkers, gespreide betalingsvoorwaarden of een btw-verlaging: de suggesties om ‘iets’ te doen zijn legio. Opvallend is dat haast alle discussies zijn gericht op de factuur van de particuliere eindconsumenten. De rest, lees de niet-stemgerechtigde entiteiten, zit niet op de radar van de machthebbers in Brussel. Bedrijven, scholen en ziekenhuizen moeten hun plan maar trekken met hun stroomfactuur.
Het is dan ook vreemd dat bedrijven nauwelijks bezorgd lijken om straks een rekening te krijgen die de marge van een heel jaar opvreet. Precies zoals een spits die duidelijk wordt neergemaaid in de 16, maar geen verhaal gaat halen bij scheids die geen strafschop fluit. Nochtans staan de werkgeversorganisaties anders voor de minste scheet op de barricaden om moord en brand te schreeuwen. In het energiedebat gebeurt dat af en toe. Zo pleit Bouwunie, de federatie van KMO-bouwbedrijven, ervoor om de btw op energie niét te verlagen. “Doe een terugbetaling van de btw aan wie investeert in energiebesparende maatregelen”, zo klinkt het daar. Het zou meteen een flinke stimulans zijn voor de renovatiemarkt en de leveranciers van isolatie, zonnepanelen en warmtepompen een boost geven. Makes sense.
Maar wat vinden de Limburgse steenbakkers, chemieproducenten en metaalcoaters hiervan? Zijn ze de goudstaven uit de kluis gaan halen om de bittere pil zonder veel poeha te slikken? Want het zijn vooral zij die straks achterover zullen vallen als de factuur in de bus valt. De maatregelen die de overheid eerstdaags presenteert, zullen voor hen geen enkele bonus opleveren. Meer nog: door de stijgende index gaan ze ook nog hogere lonen moeten betalen en zijn ze dus dubbel gesjareld.
Dat ze in het debat nauwelijks hun stem verheffen, heeft volgens insiders enkele oorzaken. De voornaamste is dat ze wel degelijk bezig zijn met een interne energietransitie naar duurzame energiebronnen, en daar vergunningen voor nodig hebben. Ze houden zich met andere woorden ‘in hun sokken’ naar de beleidsmakers toe, zodat ze in alle sereniteit voor een eigen oplossing kunnen zorgen. De torenhoge facturen worden dus als tijdelijk beschouwd tot ze -ondernemend als ze zijn- hun eigen energieboontjes gaan doppen.
Daarmee zijn de vertegenwoordigers van de bedrijven wel een loodzwaar gewicht kwijt om in de schaal van hun lobby te gooien. Wat maakt dat De Croo & co nog minder geneigd zijn om te kijken wat er voor de ondernemingen van hun factuur kan ‘afgepitst’ worden. Of hoe de ondernemerswereld in eigen voet schiet door niet als een bezetene op tafel te gaan slaan…