De historiek begint bij het Nederlandse bedrijf Carver, dat na meer dan 10 jaar van doorgedreven ontwikkeling, een knappe driewieler had gebouwd. De Carver One was een kleine auto die in de bochten mee kantelde, en zo het gevoel gaf van een freeride op een luxueuze motorfiets. Carver werd in 2009 echter failliet verklaard omdat Toyota, leverancier van de motoren, de stekker uit het project had getrokken. In een poging om een doorstart te maken, kwamen de Nederlanders terecht bij landgenoot Cor van Otterloo, de visionaire CEO van Punch Powertrain in Sint-Truiden. Die had als ontwikkelaar van technologische voertuigonderdelen, zoals automatische transmissies, een batterij van ingenieurs ter beschikking om Carver terug op de rails te helpen. Maar er kwam een haar in de boter, en vastberaden als hij was, dokterde Cor een plan uit om zelf een eigen versie van de kantelbare, driewielige autootjes te gaan bouwen. Daarmee was Kerv Automotive geboren.
“Niet doen”
Om het project te financieren riep Cor van Otterloo het management van Punch Powertrain bij elkaar. “Als je het geld nodig hebt, moet je het niet doen, want de kans dat het niks wordt, is niet onbestaande”, sprak Cor toen al profetisch. “Als je het wel hebt, is het allicht leuker om het uit het raam te gooien en te kijken hoe het naar beneden dwarrelt. Maar als je in Kerv investeert, kan het ook wel zijn dat je er later een mooie cent aan overhoudt.” Uiteindelijk brachten zo’n 25 managers 350.000 euro bij elkaar om de start-up te lanceren. LRM, destijds aandeelhouder van Punch Powertrain, besliste om er nog eens 300.000 euro bij te leggen. In Houthalen-Helchteren (Greenville) werd een kantoor gehuurd, waar projectleider Arjan Voorbij en zijn team van ingenieurs aan de slag gingen om het futuristische voertuig uit te tekenen. Vanuit de investeerders bij Punch Powertrain (verenigd in een stak) zou de technische ondersteuning doorstromen naar Kerv.
Indiërs to the rescue
Het project liep aardig op wieltjes. De ingenieurs sleutelden aan het concept om parameters als het kantelmechanisme en de aerodynamica verder te stroomlijnen. Op papier zag het er prima uit. De volgende fase was de bouw van een prototype, maar… de kas was leeg. De hobbyclub van investeerders bij Punch Powertrain had niet de ambitie om nog eens in de buidel te tasten voor een project waarvan de initiator op voorhand al duidelijk op de falingskansen had gewezen. De reddingsboei kwam via internationale contacten bij LRM en Cor van Otterloo. De Indiase Kalyani Group werd bereid gevonden om maar liefst 3 miljoen te investeren in Kerv Automotive. De bedoeling was om later de productie en assemblage in India te gaan doen. Daarmee was de crisis eind 2018 afgewend en kon het voertuig daadwerkelijk worden gebouwd.
Stille dood gestorven
Met het overlijden van Cor van Otterloo in april 2019 kreeg ook Kerv Automotive een behoorlijke klap. De grote inspirator en bezieler, die de winnaar van de Herman Dessersprijs (2013), Limburgse Ondernemer van het Jaar (2015) en de Ambiorixprijs (2016) zeker was, nam ook een deel van de spirit bij de autobouwer mee in zijn graf. De interesse vanuit Punch Powertrain was trouwens al verder bekoeld nadat het Chinese Yinyi in 2016 het bedrijf had overgenomen en het management diende te herschikken door de malaise in de sector. Nochtans was het product van Kerv Automotive zo goed als klaar, en kon de productie eindelijk van start gaan. Maar om dat kapitaalintensieve proces op gang te brengen, ontbraken er opnieuw (veel) financiële middelen. Er liepen wel gesprekken om een nieuwe injectie te voorzien, maar die konden niet worden afgerond vooraleer de deurwaarder in Greenville is gaan aankloppen.
Het kan nog…
Is het nu helemaal voorbij? Misschien niet, want de kennis, patenten en de internationale contacten zitten nog altijd bij Arjan Voorbij & co. De ingenieurs hebben een kant-en-klaar model op het schap liggen, dat door een bemiddeld investeerder zonder veel belemmeringen kan opgepikt worden. Dus wie weet zien we de Limburgse autootjes toch nog ooit massaal door het straatbeeld karren. Cor zou vanuit de hemel een intens monkellachje niet kunnen onderdrukken…