Met 6.560 zijn ze tegenwoordig bij H.Essers, en met 4.300 bij Cegeka. Maar lang niet allemaal werken ze in Limburg. Zo komt het dat de grootste werkgever van de provincie sinds deze week een fusieziekenhuis is. Want door de samensmelting tussen het ZOL-ziekenhuis en ZMK in Maaseik, is de kaap van de 4.000 medewerkers overschreden. En ook de andere cijfers van de nieuwe mastodont spreken tot de verbeelding.
Officieel mag je het ziekenhuis geen bedrijf noemen, want het is geen commerciële organisatie. Toch moet de instelling alle uitdagingen aangaan die een grote onderneming maken of kraken: personeelsbeleid, digitalisering, communicatie, financieel beheer, overheidsrelaties, kwaliteitszorg, investeringen in uitrusting en gebouwen, enzovoort. De schaal waarmee het ééngemaakte ZOL-ZMK dat moet doen, zou heel veel Limburgse bedrijfsleiders schrik aanjagen. Om het in enkele cijfers uit te drukken: een omzet van 440 miljoen (2018), 4.151 personeelsleden waarvan 376 gespecialiseerde artsen, 2.594 geboortes per jaar, 120.111 dagopnames… “Ge moet het maar doen”, is de levenswijsheid die hier van toepassing is.
ZOL-directeur Erwin Bormans blijft er ‘cool’ onder. “Een mooie bruid”, zo noemt hij het ZMK. “Met een nieuwe, mooie infrastructuur, die voor ons een grote meerwaarde kan betekenen.” En ook zijn collega Hans Ramaekers van ZMK is in zijn nopjes: “Als kleinste ziekenhuis van het land is het heel zwaar om een aantal kosten alleen te moeten dragen. Door de fusie kunnen we nu delen met het ZOL, wat uiteraard erg belangrijk voor ons is.”
Voorlopig blijven beide namen behouden, maar de structuur aan de top (bestuur en directie) zal voortaan onder dezelfde noemer vallen. In de komende maanden moet duidelijk worden welke synergievoordelen door de fusie kunnen bereikt worden.