De geitenboerderij van Ivan Konings bevindt zich Beverst. In een reusachtige stal van zevenduizend vierkante meter staan zo’n drieduizend geiten. Een robot rijdt af en aan om het voedsel dichter bij de eetbakken te duwen telkens de dieren er niet meer bij kunnen. Ivan Konings kijkt er met een voldane blik naar. “Kan je je iets mooiers indenken? Links zie ik mijn geiten, rechts alleen maar weilanden. Ik voel me hier perfect in evenwicht.” Hier, dat is zijn werkruimte op de eerste verdieping. Een kantoor met een administratieve hoek, vergadergedeelte en eigentijdse keuken, inclusief professionele espressoautomaat. Mocht het archaïsche beeld van de agrarische ondernemer nog bestaan, dan wordt het op deze locatie onderuitgehaald.
Ivan Konings, accountant van opleiding, runt zijn bedrijf als een hedendaagse CEO. Dat hoeft geen verbazing te wekken, want gedurende twintig jaar had hij een financiële topfunctie bij drie multinationals: Hercules Himont, Galenco en Chiquita. Rond zijn veertigste vond hij het tijd om zijn eigen bedrijf op te richten. Hij werd eerst zelfstandig consulent voor Telenet en stampte daarna Technical Services Belgium of TSB uit de grond. “Dat was eind jaren negentig, de opkomst van het internet. Overal moesten modems en digiboxen geplaatst worden. We deden dat eerst voor Telenet, daarna ook voor Proximus. Er stonden tweehonderd medewerkers op de payroll, allemaal met hun eigen bestelwagen. Het ging hard, tot iedereen een aansluiting had en we hoofdzakelijk herstellingen deden. In 2014 kreeg ik van IT-bedrijf ESAS de vraag of ik mijn bedrijf wilde verkopen. Ze deden een goed bod en voilà. Eén probleem: ik voelde me te jong om niets te doen.”
Maar hoe begin je dan met geiten? “Ik had bij wijze van spreken nog nooit een geit van dichtbij gezien, maar mijn goede vriend Guy Hex is directeur bij Capra, een bedrijf uit Halen dat geitenkaas maakt in alle mogelijke vormen, van kubusjes voor een chipsdip tot rolletjes met spek rond. In een toevallig gesprek zei hij dat hij een tekort had aan geitenmelk. Ik vroeg hem wat ik kon doen om hem te helpen. Geiten kopen, antwoordde hij. Nogmaals, ik kende werkelijk niets van geiten. Niet wat ze eten, niet hoe ze lammeren, niet hoeveel melk ze per dag geven. Na wat cijferwerk – het ging om een behoorlijke investering – ging ik de mayonaise halen bij geitenboer Christian Vansummeren in Stramproy, net voorbij de Belgisch-Nederlandse grens. Hij leverde een eerste partij van 900 geiten en leidde ook mijn mensen op. Het eerste jaar waagden we zelf een opfokpoging, maar daar stopten we snel mee. Dat is een stiel apart.”
“Voor alle duidelijkheid: ik ben nog altijd geen specialist. Het zakelijke gedeelte doe ik, Jos Molenaers is verantwoordelijk voor het operationele. We hebben twee melkshiften per dag: van vier uur ’s ochtends tot twaalf uur ’s middags en van vier uur ’s middags tot middernacht. Jos doet dat samen met een vijftal medewerkers. We hebben ook een voederspecialist, die het dagelijkse rantsoen bepaalt. Een Nederlandse dierenarts, gespecialiseerd in geiten, houdt de gezondheid van de dieren in de gaten. Aan de vacht, de stoelgang en de speelsheid kan hij zien hoe het ermee gesteld is.”
“Ik neem de tijd om te golfen, padellen of tennissen”
Heb je nu minder stress dan in je vorig bedrijf? “Zeker weten. Vroeger was ik van ’s morgens tot ’s avonds bezig met problemen oplossen. Soms waren dat maar kleine dingen, zoals een camionette die in de gracht reed. Geen ramp, maar je moest er wel tijd insteken. Nu ben ik driekwart van de tijd in België, de rest breng ik normaal door in Marbella. Jammer dat ik er door corona niet naartoe kan, want daar is het nu zo’n twintig graden. Maar wees gerust, ook nu ben ik niet altijd op de boerderij. Ik neem de tijd om te golfen, padellen of tennissen. En om af en toe op restaurant te gaan. Ik ben een gastronoom geworden, maar dat hoefde ik je waarschijnlijk niet te vertellen. (kijkt eens lachend naar zijn buik) Wat is er leuker dan bij een goed bord en glas met vrienden te filosoferen over het leven en over voetbal te praten?”
Uitbollen is dat echter niet. “Onrust heb ik niet meer, maar ik ben wel nog gedreven. Het leven is wat je er zelf van maakt. Iedereen is verantwoordelijk voor zijn eigen falen of succes. Met de nodige nuances, natuurlijk. Iedereen kan pech hebben, door ziekte of omstandigheden waar je geen vat op hebt. Het plezantste aan ondernemen is het aangaan van de uitdaging. Gaat het lukken of niet? Als ik de lat wat hoger leg, geraak ik er dan nog over? Dat geldt zowel in de sport als in het bedrijfsleven. En als je over die lat geraakt, moet je daar ook durven van genieten. Als ik aan mijn bureauke zit en op een onbewaakt moment door het venster kijk, maak ik soms in een flits de samenvatting van mijn leven, leun ik even achterover en denk ik aan de weg die ik heb afgelegd tot vandaag.”
En wat concludeer je dan? “Dat ik heb geprobeerd er het beste van te maken. Maar klinkt dat niet alsof ik er morgen mee ga ophouden? Schrijf er dan maar snel bij dat ik dat nog niet van plan ben…”