De gemiddelde omzet van de 500 grootste bedrijven in Limburg, is toegenomen met 2,14 procent. Dat blijkt uit de analyse van de jaarlijkse VKW Top 500, de bijbel van de grote jongens in Limburg. Maar als we Ford Genk niet meerekenen, wat we weldra sowieso verplicht zijn, gaat de gemiddelde omzet er (lichtjes) op achteruit. Ford alleen betekent nog steeds zowat 9,5 procent van omzet die alle 500 grote jongens in 2013 gerealiseerd hebben.
De cijfers geven dus een vertekend beeld over de toekomstige situatie. Want hoewel de exportprestaties, de toegevoegde waarde, nettowinst en cashflow gemiddeld toenam, krijgen we een ander verhaal door Ford uit te sluiten. Enkele uitschieters buiten beschouwing gelaten, heeft het peloton van de 500 grootsten een moeilijk jaar achter de rug. Bij hen merken we dat de tewerkstelling en rendabiliteit zijn gedaald. De personeelskost is daarentegen toegenomen.
VKW Limburg concludeert uit de cijfers dat Limburg zich ondanks enkele hoopgevende signalen, zich toch vooral zorgen moet maken over de toekomst. “De loonkost blijft maar stijgen,” weet kersvers voorzitter Bas van de Kreeke (op de foto met stafmedewerker Frederiek De Kimpe). “Ten opzichte van Nederlands Limburg bedraagt het verschil nog steeds zo’n 15 procent. De industrie trekt daardoor weg uit onze regio. En het is net daar dat laaggeschoolde werknemers naartoe moeten kunnen als Ford Genk straks sluit. Er is dus nog veel werk aan de winkel. We kijken uit naar wat de federale regering hier straks aan zal doen.”