Eén van de conclusies: 100% van de aanwezige dames vindt dat wanneer bouwfirma’s meer vrouwen in hun wervingscampagnes zouden tonen er ook makkelijker vrouwen zullen solliciteren. Een tip waar ze bij Mathieu Gijbels nog meer rekening zullen houden.
“Door diverse beelden te tonen in onze bouwcampagnes, weerspiegelen we niet alleen de inclusieve waarden van ons bedrijf, maar openen we ook de deuren voor een breder scala aan talent om zich bij ons aan te sluiten”, weet Ethelle Weltjens, marketeer bij Mathieu Gijbels. “Opvallend is ook dat 6 op 10 van onze collega’s vindt dat vrouwelijke arbeiders fysiek minder sterk zijn dan hun mannelijke collega’s, en dat 96% van de vrouwen vindt dat er gendergelijkwaardigheid is in het bedrijf.” Nog meer stellingen én antwoorden:
Stelling 1: “Mathieu Gijbels zou actiever moeten streven naar het aantrekken en behouden van vrouwelijk talent om een diverse werkomgeving te bevorderen.”
Uit het debat blijkt een sterke eensgezindheid onder de vrouwen van Mathieu Gijbels, waarbij 17 vrouwen het eens waren met de stelling. Deze meerderheid benadrukte het belang van een actief beleid om vrouwelijk talent aan te trekken en te behouden als essentieel voor het bevorderen van een diverse werkomgeving. Aan de andere kant waren 7 vrouwen het oneens met de stelling, waarbij sommigen aangaven dat het bedrijf al voldoende inzet toont voor diversiteit, terwijl anderen geloven dat de focus op talent moet liggen, ongeacht het geslacht. Interessant is dat 4 vrouwen zich in dubio bevonden, wat aangeeft dat sommigen wellicht de complexiteit van dit onderwerp erkennen en meer informatie of discussie nodig hebben om een definitief standpunt in te nemen.
Stelling 2: “Ik vind dat er meer vrouwen in de bouw moeten werken.”
Deze stelling genereerde een levendige discussie onder de vrouwen van Mathieu Gijbels, waarbij de meningen verdeeld waren. Van de 28 deelnemers aan het debat waren slechts 5 vrouwen het eens met de stelling, waarbij één vrouw opmerkte dat hoewel de inspanningen om meer vrouwen aan te trekken naar de bouwsector mooi zijn, het nog steeds een uitdaging blijft om vrouwen te vinden die bereid zijn om in de uitvoering te werken. Aan de andere kant waren maar liefst 19 vrouwen het oneens met de stelling. Een van hen benadrukte dat de lagere interesse van vrouwen in de bouw een feit is, waarbij zij ervaring en bekwaamheid als belangrijkste criteria noemde.
De 4 vrouwen die zich in dubio bevonden, gaven mogelijk aan dat ze begrip hadden voor beide standpunten en de complexiteit van dit vraagstuk erkenden.
Stelling 3: “Ik vind dat een vrouwelijke arbeider fysiek minder sterk is.”
Deze stelling riep gemengde reacties op tijdens het debat onder de vrouwen van Mathieu Gijbels, waarbij de meerderheid zich in dubio bevond. Van de 28 deelnemers stemden 17 vrouwen in met de stelling, wat suggereert dat er nog steeds een algemene perceptie heerst dat vrouwelijke arbeiders fysiek minder sterk zijn. Slechts één vrouw was het oneens met de stelling, waarbij zij mogelijk de stereotypering van vrouwen als fysiek zwakker betwistte. Opvallend was echter dat 10 vrouwen zich in dubio bevonden over de stelling. Sommigen van hen brachten nuances aan in hun overwegingen, waarbij ze opmerkten dat vrouwen in bepaalde aspecten van de bouw, zoals afwerking, wellicht meer kunnen bijdragen. Een andere deelnemer merkte op dat sommige vrouwen, wanneer vergeleken met jonge mannen, wel degelijk fysiek sterker kunnen zijn.
Stelling 4: “Vrouwen in de bouw hebben te maken met meer discriminatie en vooroordelen dan mannen, wat hun loopbaanontwikkeling en kansen belemmert.”
Deze stelling bracht een duidelijke consensus naar voren onder de vrouwen van Mathieu Gijbels, waarbij een overweldigende meerderheid het eens was. Van de 28 deelnemers aan het debat stemden maar liefst 16 vrouwen in met de stelling, terwijl geen enkele vrouw het oneens was. Dit suggereert een diepgeworteld bewustzijn van de uitdagingen waarmee vrouwen in de bouwsector worden geconfronteerd. De vrouwen die het eens waren, deelden krachtige inzichten over de discriminatie en vooroordelen waarmee ze worden geconfronteerd. Ze wezen op de nog steeds heersende mentaliteit die van vrouwen verwacht dat ze de verantwoordelijkheid voor het huishouden en het gezin op zich nemen, wat kan resulteren in minder ambitie om managementfuncties te willen innemen. Daarnaast benadrukten ze dat vrouwen in het verleden wel de vraag bij andere bedrijven kregen nog kinderen willen, terwijl mannen deze vragen niet krijgen tijdens sollicitaties. Dit heeft dan invloed op of ze worden aangenomen of niet. Interessant is dat 12 vrouwen zich in dubio bevonden, wat aangeeft dat sommigen mogelijk nog twijfels hebben over de mate van discriminatie en vooroordelen binnen de bouwsector.
Stelling 5: “Het gebruik van genderneutrale taal en beeldmateriaal in wervingscampagnes kan helpen om de perceptie van de bouwsector als een ‘mannelijk beroep’ te veranderen en meer vrouwen aan te trekken.”
Het debat over deze stelling bij Mathieu Gijbels resulteerde in een opmerkelijke eensgezindheid onder alle deelnemende vrouwen.
Alle 28 vrouwen waren het ermee eens dat het gebruik van genderneutrale taal en beeldmateriaal in wervingscampagnes een effectieve strategie kan zijn om de perceptie van de bouwsector als een ‘mannelijk beroep’ te veranderen en meer vrouwen aan te trekken.
Tijdens het debat kwam naar voren hoe belangrijk flexibele werktijden zijn voor het aantrekken van vrouwen in de bouw. Dit benadrukt het belang van het flexibel omgaan met afspraken om tegemoet te komen aan de behoeften en verantwoordelijkheden van vrouwen, hetgeen kan bijdragen aan een meer gebalanceerde en diverse werkomgeving.
Stelling 6: “Het erkennen en belonen van bedrijven die zich actief inzetten voor gendergelijkheid en diversiteit in de bouwsector kan andere bedrijven stimuleren om soortgelijke maatregelen te nemen.”
Deze stelling leidde tot verdeelde meningen tijdens het debat onder de vrouwen van Mathieu Gijbels, waarbij een meerderheid het oneens was.
Van de 28 deelnemers aan het debat stemden maar liefst 21 vrouwen tegen de stelling, terwijl geen enkele vrouw het eens was. Dit suggereert een wijdverbreid gevoel dat het erkennen en belonen van organisaties voor hun inspanningen op het gebied van gendergelijkheid en diversiteit niet noodzakelijk is. De vrouwen die het oneens waren, benadrukten dat gendergelijkheid en diversiteit een intrinsieke waarde zouden moeten zijn voor alle bedrijven, zonder dat er externe beloningen of erkenningen voor nodig zijn. Een van hen merkte op dat het opleggen van dergelijke maatregelen moeilijk kan zijn en mogelijk niet het gewenste resultaat oplevert. Ze pleitten ervoor om talent en vaardigheden als de belangrijkste criteria te blijven beschouwen bij het aannemen van medewerkers, in plaats van het proces te laten leiden door geforceerde diversiteit. Interessant is dat 7 vrouwen zich in dubio bevonden over de stelling, en er mogelijk toch anders over denken.
Stelling 7: “Het bouwonderwijs en de vakopleidingen zouden meer moeten doen om vrouwen aan te moedigen en te ondersteunen bij het betreden van de sector.”
Deze stelling kreeg brede steun tijdens het debat onder de vrouwen van Mathieu Gijbels, waarbij bijna alle deelnemers het eens waren.
Van de 28 vrouwen stemden maar liefst 25 vrouwen in met de stelling, wat aangeeft dat er een sterk gevoel is dat het bouwonderwijs en de vakopleidingen meer mogen doen om vrouwen aan te moedigen en te ondersteunen om in de sector te gaan werken. Een vrouw was het oneens met de stelling, waarbij zij opmerkte dat de school al voldoende doet en dat de uiteindelijke keuze nog steeds bij het individuele kind ligt. Interessant is dat 2 vrouwen zich in dubio bevonden over de stelling.
Stelling 8: “Ik vind dat er gendergelijkwaardigheid is binnen Mathieu Gijbels.”
Deze stelling resulteerde in een duidelijke eensgezindheid onder de vrouwen van Mathieu Gijbels, waarbij bijna alle deelnemers het eens waren. Van de 28 vrouwen stemden maar liefst 27 vrouwen in met de stelling, wat suggereert dat er een breed gedeeld gevoel is dat er gender gelijkwaardigheid is binnen het bedrijf. Dit duidt op een positieve perceptie van de werkomgeving en de bedrijfscultuur met betrekking tot gendergelijkheid. Deze consensus weerspiegelt de inspanningen van Mathieu Gijbels om een inclusieve werkomgeving te bevorderen en gelijke kansen te bieden voor alle werknemers, ongeacht geslacht, aldus onze dames. De vrouwen binnen het bedrijf voelen zich over het algemeen gewaardeerd en gerespecteerd voelen in hun professionele omgeving. Slechts één vrouw bevond zich in dubio over de stelling, omdat er volgens haar altijd ruimte is voor verbetering.
Stelling 9: “Ik vind dat er nog zaken zijn die Mathieu Gijbels kan verbeteren op vlak van gender gelijkwaardigheid.”
Deze stelling resulteerde in een verscheidenheid aan meningen tijdens het debat onder de vrouwen van Mathieu Gijbels, waarbij een meerderheid in dubio was. Van de 28 deelnemers aan het debat stemden slechts 2 vrouwen in met de stelling, wat aangeeft dat slechts een klein aantal vrouwen van mening is dat er nog ruimte is voor verbetering op het gebied van gender gelijkwaardigheid binnen het bedrijf.Deze vrouwen benadrukten enkele specifieke suggesties voor verbetering, zoals het bevorderen van meer vrouwen in managementfuncties en het verminderen van gendergerelateerde stereotypen, zoals bijvoorbeeld het automatisch een vrouw vragen om de rol van receptiemedewerker tijdelijk te vervangen in plaats van een man te vragen. Een meerderheid van 17 vrouwen bevond zich in dubio over de stelling. Deze vrouwen gaven aan dat er misschien ruimte is voor verbetering, maar erkenden ook de complexiteit van het onderwerp en de uitdagingen bij het aanpakken ervan.
“Een boeiende discussie over 9 stellingen, besproken door enkel vrouwen in het bedrijf Mathieu Gijbels: de feedback is meer dan welkom, we kunnen er weer mee aan de slag”, aldus Chantal Vanaken, HR-manager bij Mathieu Gijbels. “Wij wensen alle dames een fijne internationale vrouwendag, eentje waarop we iedereen toewensen te werken in een omgeving die je vol vertrouwen gendergelijkwaardig kan noemen.”