davy maesen tvl

Bouw vreest toename van wanbetalers

Nee: 2023 was géén goed jaar voor de Limburgse bouwsector. Bijna één op vijf Limburgse bouwbedrijven kampte met onvoldoende werk, vooral de nieuwbouw-aannemers. En: 2024 voorspelt weinig beterschap. 4 op 10 bouwbedrijven vreest dat dit jaar nog slechter zal zijn, zo leert een enquête van Bouwunie Limburg.

Wie in de sector actief is, ervaart vandaag nog steeds dat de vraag naar nieuwbouwprojecten stokt of zelfs helemaal stilvalt. Door de nog altijd hoge woningprijzen en de hogere rente is ook de vraag naar totaalrenovaties afgenomen. De verkoop van vastgoed, en met name het aantal transacties op de woningmarkt, is sterk gedaald. “En beterschap blijft uit”, weet Davy Maesen, gedelegeerd bestuurder van Bouwunie Limburg. “Zo’n 40% denkt dat het nog slechter wordt. Om de nieuwbouwmarkt maximaal kansen te geven, blijven we er met Bouwunie op aandringen om de beslissing over het btw-tarief op sloop en heropbouw te herzien. We vragen om het verlaagd tarief ook open te stellen voor bouwpromotoren en private investeerders.”

Dat het nodig is, blijkt uit de concrete resultaten van de enquête. Maar liefst de helft van de bedrijven heeft nog voor minder dan drie maanden werk. Midden vorig jaar was dat maar één op drie. Had 29% toen nog werk voor meer dan 6 maanden, dan was dat in het laatste kwartaal van 2023 nog maar 19%. Ruim één op vier zegt dat dit beduidend minder is dan voor de zomer van 2023 en de helft van de bouwondernemers vindt de situatie slechter dan normaal in deze periode van het jaar. 83% heeft momenteel nog voldoende werk, maar bij 17% is het aantal opdrachten onvoldoende groot.

“Vooral de woningbouw zit in het slop”, weet Maesen. “Twee op drie bedrijven verwachten daar een daling in het werkvolume voor dit jaar. Specifiek bij de woningbouwers en sleutel-op-deurbedrijven loopt dat zelfs op tot drie op vier. De gestegen hypothecaire rente, de hoge bouwkosten en het niet verlengen van het verlaagde btw-tarief voor sloop en heropbouw voor investeerders en bouwpromotoren, hakken er stevig in.”

Enig lichtpuntje: “In sommige subsectoren van de bouw is er (voorlopig) geen probleem, denk maar aan de infrastructuurbedrijven die voor de publieke sector werken. Zij profiteren nu van de relanceplannen en van de investeringen van de lokale besturen in de aanloop naar de verkiezingen van oktober 2024. Maar die projecten zijn eindig en het is afwachten wat er nadien gebeurt.”

De totale repercussie op het personeel? “Er zijn meer Limburgse bouwbedrijven die vrezen te moeten afslanken dan zij die extra mensen zullen aanwerven”, aldus nog Maesen. “Dat het aantal ontslagen in de bouw stijgt, is dus zeer onrustwekkend.”

Wanbetalers in opmars
Tot slot nog dit: 4 op 10 Limburgse bouwbedrijven geeft aan dat de winstgevendheid lager ligt dan in dezelfde periode vorig jaar. En één op drie verwacht een (verdere) achteruitgang. Vier op tien spreekt over een toename van het aantal slechte betalers. “Dat is een erg hoog percentage”, aldus nog Davy Maesen. “Meer klanten betalen hun facturen te laat of maar gedeeltelijk en dat komt de rentabiliteit niet te goede. 8% zegt dat de prijzen die ze kunnen aanrekenen verlieslatend zijn en vier op tien draait net break-even. Dat zijn dus veel bedrijven die geen reserves kunnen opbouwen of investeringen kunnen doen. Een gezond bedrijf moet dat wel kunnen. Kortom: 2024 wordt een moeilijk jaar!”