“Jongeren die gebeten zijn door de ondernemersmicrobe kunnen dankzij dit statuut tijdens hun studies met een eigen onderneming starten en ervaring opdoen”, zegt Bart Lodewyckx, gedelegeerd bestuurder van Unizo Limburg. “Er zijn een aantal voordelen aan gekoppeld, zoals een vrijstelling van sociale bijdragen op de eerste inkomensschijf. Anderzijds zijn er ook een aantal nadelen, zoals de administratieve rompslomp.”
Gezien het grote aantal gegadigden, heeft de formule wel succes. Dit heeft niet alleen te maken met de algemene belangstelling voor ondernemerschap (wat ook blijkt uit de toenemende starterscijfers), maar ook met de drempelverlagende en begeleidende initiatieven die door de Limburgse onderwijsinstellingen en de start-up scène in het leven zijn geroepen. Projecten als StudentStartUP (UHasselt en Hogeschool PXL), Startminds (UCLL), Pitch Please, Junior Consulting, UStart en vele andere initiatieven moedigen het ondernemerschap bij studenten aan en helpen hen om de eerste levensfase succesvol af te ronden. “Daarenboven wordt er in zowel het secundair als hoger onderwijs veel meer aandacht besteed aan het aanscherpen van ondernemende vaardigheden”, aldus nog Lodewyckx. “De basiscompetenties van het ondernemerschap -die trouwens ook van nut zijn voor jongeren die later geen zelfstandige zaak starten, maar als ‘intrapreneur’ hun brood willen verdienen- zorgen ervoor dat de weerbaarheid en de overlevingskansen fors stijgen, zeker in sectoren met veel concurrentie, zoals bouw, tuinaanleg, kappers, horeca, enzovoort.”
En dan de cijfers. In heel België zijn er jaarlijks 9.127 student-ondernemers actief, waarvan 70% in Vlaanderen. Tussen 2017 en 2022 steeg het totale aantal met 87%. In Limburg tellen we 660 studenten met een eigen bedrijf, een quasi verdubbeling over de laatste 3 jaar. “Een bewijs dat in onze provincie goed werk wordt geleverd om via informatie en scholing de slaagkansen als ondernemer sterk te verhogen”, besluit Lodewyckx.