In het Wetenschapspark in Diepenbeek heeft Limtec+ zopas officieel de deuren geopend. Er werd maar liefst 6 miljoen euro geïnvesteerd in dit gloednieuwe kennis- en opleidingscentrum van de technologische industrie.
Het doel van deze expertisehub is om werknemers en leerlingen kennis te laten maken met de meest innovatieve technologieën. Ze worden er opgeleid worden tot operatoren, onderhoudstechnici en ingenieurs. De initiatiefnemers (FTML, Limob en Limtec) hebben als finaal objectief de instandhouding van de tewerkstelling in de Limburgse metaalsector.
Benny Siemons, manager van Limtec+, legt uit: “We geloven sterk dat we met hard en gecoördineerd werk een rooskleurige toekomst kunnen opbouwen voor de tewerkstelling in de metaalsector. Door middel van praktijkgerichte opleidingen komen we dan ook tegemoet aan de grote vraag van Limburgse bedrijven naar goed opgeleide medewerkers. Zo is onderhoudstechnicus nog steeds hét knelpuntberoep in de sector. We voelen goed en snel aan waar de opleidingsbehoeften van bedrijven en hun (toekomstige) medewerkers liggen.”
Daarnaast wil Limtec+ de kloof tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt dichten door opleidingen en workshops aan te bieden aan leerlingen en leerkrachten van TSO en BSO-scholen. Nu al volgen jaarlijks volgen meer dan 2.000 werknemers van Limburgse technologiebedrijven en 1.000 leerlingen uit technische richtingen een bijscholing of opleiding bij Limtec.
Het nieuwe complex, gebouwd door Mathieu Gijbels uit Opglabbeek, bestaat uit 3.600 m2 kantoorruimte, opleidings- en technologielokalen. Werknemers, werkzoekenden, docenten en leerlingen krijgen er de kans om met behulp van state-of-the-art proefopstellingen te leren werken met huidige en nieuwe technologieën. Benny Siemons: “Wij willen ervoor zorgen dat onze medewerkers op elk punt in hun carrière over de juiste kennis en competenties beschikken. Alleen zo kunnen we onze mensen voorbereiden op de snel veranderende omgeving en de bedrijven die hier aan de slag gaan, een aanbod doen van de best mogelijk opgeleide medewerkers.”
