De Limburgse gemeenten geven ook in het tweede jaar van de legislatuur weinig blijk van een doordachte visie op bedrijfsbelastingen, vindt VKW Limburg. “Integendeel, de Limburgse bedrijven lopen steeds meer in het vizier van de gemeenten”, aldus Ruben Lemmens. “Een tiental gemeenten voert tariefwijzigingen door die bijna steeds in het nadeel van de bedrijven zijn.”
VKW Limburg en de Contactgroep Limburgse Industrieregio’s (CLI) hebben samen een analyse gemaakt van de gemeentelijke belastingtarieven voor 2020. Daaruit blijkt onder meer dat Hasselt, Beringen, Bilzen en Heusden-Zolder de personenbelasting verlagen, maar dat compenseren met een stijging van de opcentiemen. “Dit is absoluut geen goed signaal naar bedrijven, die daarmee een groot deel van de rekening krijgen gepresenteerd”, vindt Lemmens.
Wel positief is dat opnieuw 3 gemeenten de belasting op drijfkracht van motoren afschaffen: Pelt, Maaseik en Gingelom. Beringen deze belasting in 2021 ook laten verdwijnen. Valse noot is Maasmechelen, dat het tarief voor het vijfde jaar op rij verhoogt.
In Pelt en Maaseik (en straks wellicht ook Beringen) staat tegenover de afschaffing van de motorenbelasting wel een nieuwe bedrijfsbelasting op basis van (onder meer) bedrijfsoppervlakte. “Vooral met de nieuwe forse oppervlaktebelasting in Genk en met de al bestaande in Bilzen, Houthalen-Helchteren, Ham en Lanaken, zien we een kwalijke tendens aldus nog VKW en CLI. “In 7 Limburgse gemeenten worden bedrijven hierdoor immers dubbel belast op hun huisvesting: enerzijds via de opcentiemen op de onroerende voorheffing en anderzijds nog eens op basis van de bebouwde of onbebouwde oppervlakte ervan.”
Aan de opcentiemen op de onroerende voorheffing werd in 6 gemeenten gesleuteld. Hamont-Achel (+104), Bilzen (+53), Heusden-Zolder (+53), Hasselt (+45), Beringen (+42) en Ham (+30) voerden verhogingen door. Dit verklaart meteen waarom het Limburgse gemiddelde stijgt van 879 naar 886,5. Onze provincie stijgt zo ook duidelijk boven het Vlaams gemiddelde van 880.
Ruben Grauls, coördinator ondernemingsclubs VKW Limburg vat het samen: “Dat 4 op de 5 Limburgse gemeentebesturen opteren voor een status quo in de belastingtarieven is positief, maar toch zijn er behoorlijk wat kanttekeningen. De enige dalingen die we dit jaar zien, zitten in 4 gemeenten bij de personenbelasting. Diezelfde 4 gemeenten verhogen tegelijkertijd echter ook hun opcentiemen, waardoor de bedrijven het gelag betalen. Bepaalde gemeenten innen ook nieuwe oppervlaktebelastingen. Vooral in Genk, waar er een oppervlaktebelasting is met een plafond tot niet minder dan 175.000 euro, krijgen bedrijven in 2020 een serieuze extra rekening gepresenteerd. We blijven hameren op een afschaffing van de drijfkrachtbelasting. Onze resterende maakbedrijven moeten we koesteren, niet wegbelasten.”
Ook de andere werkgeversorganisaties hebben al furieus gereageerd op de verhoogde bedrijfstaksen. Ze overwegen om acties te ondernemen.