Vlaamse regering vraagt steunzone voor Turnhout

Op voorstel van minister-president Kris Peeters heeft de Vlaamse regering vandaag beslist om aan de Federale regering te vragen om een steunzone in te stellen rond de fabrieksvestigingen met collectieve ontslagen in Turnhout.

De Vlaamse regering wenst in deze steunzone de bedrijfsterreinen op te nemen die gesitueerd zijn binnen een straal van 40 km rond de getroffen vestigingen in Turnhout.  Bedrijven die in deze zone investeringen verrichten en bijkomende werkgelegenheid scheppen zullen onder voorwaarden lagere loonlasten bekomen. Een concreet dossier wordt nu technisch voorbereid om aan de federale regering over te maken.

In het kader van het pact voor competitiviteit, werkgelegenheid en relance werd tussen de gewesten en de federale regering overeengekomen dat er zou voorzien worden door de federale overheid in steunzones, waar in geval van omvangrijke collectieve ontslagen een gunstig fiscaal regime zou gelden.  Ondertussen werd deze wet houdende uitvoering van het pact voor competitiviteit, werkgelegenheid en relance aangenomen in het federale parlement. De publicatie van het KB dat de voorwaarden vastlegt  wordt zeer binnenkort verwacht.  De Vlaamse regering wenst zich in het belang van de relance van de economie maximaal voor te bereiden en nam daarom deze beslissing.

De federale wet omschrijft een zone in moeilijkheden als een geheel van collectieve ontslagen, waardoor in een periode van drie jaar ten minste 500 werknemers zijn getroffen in één of meerdere vestigingen van één of meerdere ondernemingen gelegen in een ononderbroken zone van 20  km² en binnen een cirkel met een straal van maximaal 5 km. (De drempel van 500 ontslagen werknemers kan worden teruggebracht tot 250, indien de graad van jeugdwerkloosheid in de gemeenten van de betrokken zone hoger is dan 125  pct. van het nationale gemiddelde.)

In geval van dergelijk collectief ontslag kan het gewest binnen een termijn van drie jaar aan de minister bevoegd voor Financiën een steunzone met een toepassingsperiode van maximum zes jaar voorstellen, op voorwaarde dat het betrokken gewest een samenwerkingsakkoord met de federale regering heeft gesloten waarbij nadere afspraken worden gemaakt omtrent de mogelijkheid tot cumulatie van deze maatregel met andere steunmaatregelen, en het respecteren van de steunintensiteit.

Elk gewest kan slechts voor een maximaal vier gevallen van “collectieve ontslagen” steunzones voorstellen. Elke steunzone moet zich binnen een maximale straal van 40 km van de getroffen vestigingen bevinden. Binnen die straal kan de steunzone bestaan uit onderbroken zones. De getroffen vestigingen dienen in de steunzone opgenomen te zijn. De steunzone mag in totaal een maximale oppervlakte van 2.000 km2 beslaan en moet een maximaal bevolkingsaantal omvatten van 200.000 inwoners.

Op basis van de hierboven toegelichte criteria heeft de Studiedienst van de Vlaamse regering de situatie van Turnhout in kaart gebracht, waar zich collectieve ontslagen hebben voorgedaan die in aanmerking kunnen komen. Turnhout kende minstens 511 ontslagen, waarvan 354 bij Philips en 157 ontslagen bij Heinz Belgium. Heinz en Philips bevinden zich binnen een straal van 5 km afstand van elkaar.

Voor deze situaties wenst de Vlaamse regering een steunzone voor te stellen aan de federale regering. De Studiedienst zal de gegevens over de collectieve ontslagen verder monitoren en analyseren, om na te gaan of er nog andere casussen in aanmerking kunnen komen.

Gezien de omvang en de impact van de sluitingen wenst de Vlaamse regering een maximale steunzone te voorzien en de mogelijkheid voor ondersteuning van investeringen te voorzien voor alle bedrijven op bedrijfsterreinen en wetenschapsparken binnen een straal van 40 km rondom de getroffen vestigingen. Een straal van 40 km rondom Philips en Heinz in Turnhout omvat het grootste gedeelte van de provincie Antwerpen.

De ondernemingen die in deze zones een investering doen, kunnen voor de nieuwe bijkomende werkgelegenheid gedurende twee jaar een vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing toepassen. Het tarief van de vrijstelling werd door de federale regering vastgelegd op 25 %. De overgenomen werkgelegenheid als gevolg van een investering bij een overname geldt als nieuwe werkgelegenheid.

Indien die afgebakende steunzone samen valt met de Europese steunkaart is de steun ook toepasbaar voor grote ondernemingen, indien de investering betrekking heeft op nieuwe vestigingen of nieuwe activiteiten van bestaande vestigingen. Indien dit niet het geval is de steun alleen toegelaten voor KMO’s. Het onderscheid KMO en grote onderneming wordt bepaald door de Europese norm.

Na deze principiële beslissing geeft de Vlaamse regering nu opdracht aan de Studiedienst van de Vlaamse regering om samen met de dienst ruimtelijke economie van het Agentschap Ondernemen concrete dossiers met de oplijsting van de betrokken zones met bedrijventerreinen en wetenschapsparken voor te bereiden,  zodanig dat een uitgewerkt voorstel aan de federale minister van Financiën kan worden overgemaakt.

Minister-president Kris Peeters zal ook de nodige stappen ondernemen om een samenwerkingsakkoord af te sluiten, zodanig dat alle voorwaarden vervuld worden om de steunzones ingang te doen vinden.