De uitbaters van het bekende restaurant Villa Op De Beeck gaan hun zaak niet van de ene dag op de andere sluiten maar willen ten laatste eind november de deuren dicht doen. Intussen staat het gebouw al wel enkele weken te koop bij makelaar Heylen Vastgoed. Het restaurant is gevestigd in een dorpsvilla van eind de negentiende eeuw en werd gebouwd in opdracht van de Antwerpse koffiebrander Philip Ghysels. In de volksmond wordt het omliggend domein Flippeshof genoemd.
Franse keuken
Chef-kok Eddy Van Weereld en zijn vrouw Karine Sommen hebben het pand ruim dertig jaar geleden omgetoverd tot Villa Op De Beeck, een restaurant met een klassiek interieur. “De naam van het restaurant is geen verwijzing naar onze familienaam maar wel naar de omgeving van de Beek in Lille”, legt Eddy Van Weereld uit. “Ikzelf ben afkomstig uit Hoogstraten en mijn vrouw uit Rijkevorsel. Voor we dit restaurant begonnen, heb ik ook al vijftien jaar in restaurant Het Begijnhof in Hoogstraten gewerkt. In onze zoektocht om een eigen restaurant op te starten, zijn we in 1993 in Lille terecht gekomen. We hebben het gebouw opgeknapt en wonen hier al de tijd ook zelf.”
De voorbije dertig jaar stond Eddy altijd in de keuken van het restaurant terwijl Karine zich om de zaal bekommerde. Op drukke dagen schakelde het koppel extra personeel in, maar de uitbaters hielden zelf altijd de touwtjes in handen. “In ons restaurant is er plaats voor maximaal veertig personen. We hebben ons altijd gefocust op de klassieke Franse keuken met seizoensgebonden producten”, vertelt Eddy. “We bieden een all-in proeversmenu aan maar klanten kunnen ook gerechten à la carte kiezen.”
De restauranthouders kregen de voorbije drie decennia wel eens bekende bezoekers over de vloer zoals ex-premier Wilfried Martens of actrices Jacky Lafon en Veerle Wyffels of Magda uit Wittekerke. Klanten uit de wijde omgeving rond Lille vonden hun weg naar het restaurant. “Vanaf eind dit jaar kunnen we zelf ook beginnen te genieten van vrije weekends”, vertelt Karine Sommen. “We vroegen ons al af wat de mensen zoal doen tijdens de weekends. Wij waren altijd aan de slag in ons restaurant.”