Van 1 april tot en met 30 april 2025 loopt een openbaar onderzoek voor de aanvraag van een omgevingsvergunning voor de tweede fase van het project Zillelande. Deze aanvraag past in het verkavelingsplan dat drie jaar geleden werd vergund. Het project ligt tussen de Keirlandse Zillen en de Groeneweg, vlak bij het treinstation.
CORES Development vraagt een vergunning aan voor de bouw van zes woongebouwen met in totaal 247 appartementen, één handelsruimte, twee ruimtes voor kantoren, dienstverlening en vrije beroepen en een kinderdagverblijf.
Brede mix aan appartementen
“Met deze nieuwe fase van Zillelande willen we niet alleen inspelen op de groeiende woonbehoefte in Mol, maar ook werk maken van een duurzame leefomgeving waarin bewoners en buren genieten van het groen”, zegt Sophie Deprez, CCO bij CORES Development. “De brede mix van studio’s, één-, twee- en drieslaapkamerappartementen maakt Zillelande aantrekkelijk voor een diverse doelgroep, van jonge starters en gezinnen tot mensen die hun bestaande woning willen inruilen voor een klassevol en duurzaam nieuwbouwappartement.”
Het landschapsontwerp vertrekt vanuit een natuurlijk streefbeeld met bomen zoals wintereik, grove den, lijsterbes en moerbei, aangevuld met streekeigen struiken en kruidenmengsels voor bosranden en onderbegroeiing. Deze biodiversiteit versterkt de groene uitstraling van de site.
Het hoogte-accent aan de Keirlandse Zillen, gericht naar het station en het centrum van Mol, wordt een nieuwe blikvanger voor treinreizigers die Mol binnenkomen
Maarten Franssens, Project developer bij Cores Development
Volgens de vergunde verkaveling mag er langs de kant van de Keirlandse Zillen tot een maximale kroonlijsthoogte van 42 meter gebouwd worden. In de bouwaanvraag blijft de ontwikkelaar daar met een kroonlijsthoogte van 28,26 meter ver onder. “Aan de kant van de Groeneweg worden er in deze tweede fase slechts drie bouwlagen voorzien, op die manier sluiten we naadloos aan op de omgeving. Het hoogte-accent aan de Keirlandse Zillen, gericht naar het station en het centrum van Mol, wordt een nieuwe blikvanger voor treinreizigers die Mol binnenkomen”, stelt Maarten Franssens, project developer bij CORES Development.
Parkzone
Centraal tussen de gebouwen van fase één en twee wordt een parkzone van meer dan een hectare gerealiseerd, waar zowel de bewoners als de buurt van kunnen genieten. De collectieve tuinzone die voorzien wordt in de nieuwe fase wordt als het ware een verlengstuk van het openbare park. Zo worden de slingerende parkpaden verdergezet en wordt de plantenborder aan de rand van het park doorgetrokken. De plantenkeuze wordt afgestemd op de typisch Kempense droge zandgrond. Waardevolle bomen, zoals de zoete kers en gewone esdoorn, worden maximaal behouden en geïntegreerd in het ontwerp. Een dertigtal nieuwe, maar volwassen, bomen wordt aangeplant.
“We kozen bewust voor een ontwerp dat groen integreert in de woonomgeving”, zegt Franssens. “De variatie in hoogtes zorgt voor een harmonieuze overgang tussen de gebouwen en de omliggende natuur. Dat spel van hoogtes van de verschillende gebouwen zorgt voor een open buurt, waardoor alle bewoners het gevoel zullen hebben in een park te wonen. De architectuur is bewust ingetogen gehouden, met lichte gevelstenen en afgeronde vormen die de gebouwen laten opgaan in de groene omgeving.”
De aanvraag voorziet in duurzame oplossingen, zoals geothermische warmtepompen, zonnepanelen en regenwaterhergebruik. Er worden 240 ondergrondse parkeerplaatsen voorzien en 36 bovengrondse bezoekersplaatsen, waaronder plaatsen voor deelwagens. Daarnaast is er ruimte voor 745 fietsen, zowel onder- als bovengronds waaronder buitenmaatse plaatsen voor bakfietsen, en de nabijheid van het station, wordt het gebruik van de fiets en het openbaar vervoer maximaal gestimuleerd. Bovendien wordt er ook nog eens ruimte voorzien voor drie deelwagens die ook toegankelijk zullen zijn voor buurtbewoners.
Als alles goed verloopt, zullen in 2028 de eerste bewoners van de nieuwe woonwijk hun intrek nemen in fase twee. De buren van fase één nemen in 2026 hun intrek. Tijdens het openbaar onderzoek kan iedereen het dossier inkijken via het omgevingsloket.
