De grote terugkeer naar kantoor in september zal in het ene bedrijf meer voelbaar zijn dan in het andere. Dat elke werkgever deze terugkeer op een andere manier aanpakt, is duidelijk uit de resultaten van de telewerkenquête: 26% van de bedrijven zal zijn werknemers nog twee dagen per week van thuis uit laten werken, 20% nog één dag per week en 2% kiest ervoor om volledig op thuiswerk te blijven inzetten.
Maar wat vooral opvalt is dat één op de vier van de bevraagde werkgevers de keuze volledig bij de medewerker laat. Die mag dan zelf kiezen om op afstand te werken of naar kantoor te komen. “Ze laten het vooral afhangen van de taken die op die dag moeten gebeuren. De aard van de taak zal héél bepalend zijn of het werk van thuis uit kan of vanop kantoor”, legt Tom Laveren van Voka Mechelen-Kempen uit.
Thuiswerken wordt doorslaggevend
Uit onderzoek van SD Worx blijkt dat bij zeker één op de drie medewerkers die wens – om thuis te kunnen werken – in de top drie van bepalende factoren staat om te kiezen voor een nieuwe werkgever. Werkgevers weten dat.
“De zoektocht naar mensen is groter dan ooit, zoals we in de conjunctuurbarometer van onze Voka-Kamer kunnen zien. Dan kan de mogelijkheid tot thuiswerken het verschil maken. Maar ook om personeel te behouden is het in sommige bedrijven een troef”, zegt Laveren. “Niet elk bedrijf kan thuiswerk toelaten, omdat het werk gewoon niet van thuis uit kan gebeuren. Ook daar moeten we rekening mee houden. In onze bevraging geeft 14% dat aan.”
“Duidelijke afspraken zijn een must. Je legt als leidinggevende best nadruk op de redenen waarvoor je naar kantoor komt: om samen te connecteren, elkaar te inspireren of creatieve processen vorm te geven bijvoorbeeld”, vindt Annelies Rottiers, strategisch adviseur kmo bij SD Worx. “Bij concentratiewerk is er meer speling: dit kan ofwel thuis ofwel op kantoor, afhankelijk van individuele behoeftes. Zo kan ook de medewerker zelf aan het stuur zitten van zijn eigen tijd.”
Druk op de vastgoedmarkt
Tot slot heeft Voka Mechelen-Kempen ook de impact van thuiswerk en corona gemeten op de vastgoedmarkt. En die is behoorlijk, aldus Laveren: “Eén op de zeven zaakvoerders geeft aan dat de bedrijfsruimte te groot is geworden. Dat wil nog niet zeggen dat er meteen een bordje met ’te huur’ of ’te koop’ verschijnt aan de voorgevel. 1% van de bevraagde ondernemers heeft effectief verkocht, 2% wil dit nog doen. En nog eens 1% staat op het punt te verhuren. Dit is natuurlijk een beslissing die tijd nodig heeft. We verwachten dat het cijfer de komende weken en maanden nog kan stijgen. Een aantal bedrijven kende een groei tijdens corona. Zij geven aan dat ze moeten uitbreiden of verhuizen.”
