Het Streekplatform Kempen is een breed overlegorgaan waarin niet alleen 29 gemeentebesturen – het arrondissement Turnhout aangevuld met Heist-op-den-Berg en Nijlen – vertegenwoordigd zijn, maar ook talloze regionale organisaties en instellingen. Dat gaat van zorgorganisaties zoals Welzijnszorg Kempen (de Kempense OCMW’s) en Ziekenhuisnetwerk Kempen over instellingen als de politiezones of onderzoekscentra Vito en SCK, tot de werkgevers- en werknemersorganisaties.
“Het zijn allemaal mensen die aan één zeel willen trekken voor onze regio. Zij vinden dat we samen de troeven van de Kempen moeten uitspelen, maar ook dat we samen op tafel moeten kloppen bij hogere overheden om iets gedaan te krijgen. Daarom stellen we met het Streekplatform Kempen iedere zes jaar memoranda op die we aan de partijen voor de Vlaamse en federale verkiezingen voorleggen. We hopen dat zij bepaalde items in hun kiesprogramma oppikken, maar we hopen vooral dat ze bij een eventuele regeringsvorming onze Kempense dossiers in hun regeerakkoorden opnemen”, zegt Ward Kennes (CD&V), burgemeester van Kasterlee en voorzitter van Streekplatform Kempen.
Bij die prioriteiten zijn brede eisen die ook voor andere regio’s gelden, zoals het pleidooi voor meer betrouwbare en betaalbare busverbindingen, extra investeringen in regionale televisie of de financiering van de politiezones. Maar de meeste dossiers bevatten erg concreet Kempense vragen en voorstellen.
Minder ontwikkelde zone
Vooral op het vlak van mobiliteit kent onze regio nog heel wat gebreken. “Als je op de E34 vanuit Nederland de Kempen binnenrijdt, merk je meteen aan het wegdek dat je een minder ontwikkelde autozone binnenrijdt. Pak de snelweg in Arendonk en Retie dringend aan. Ook op de E19 in Hoogstraten zijn er problemen die al langer aangepakt moesten worden, zoals de nood aan een vrachtwagenparking bij de Transportzone in Meer. Op secundaire wegen zijn er tal van knelpunten aan te duiden, maar wij hebben er enkele als prioritair gedefinieerd. De hoogste prioriteit betreft de aansluiting van de N19 op de Turnhoutse ringlaan, waar we met aandrang om een verhoogde fietsers- en voetgangersrotonde vragen. De ondertunnelingen van het spoor in Herentals moeten samen met de heraanleg van de stationsomgeving in de budgetten van de meerjarenplanning worden opgenomen”, zegt Ward Kennes.
Andere prioritaire wegdossiers zijn de aanleg van ventwegen op de Antwerpseweg in Geel, de herinrichting van het deel van de Molseweg tussen de Geelse ring en de Molse Zuiderring en de herinrichting van de kruispunten van de Geelse ring in de buurt van IOK en Thomas More. Ook de aanleg van veilige op- en afrittencomplexen op de E34 in Turnhout staat op het Kempense verlanglijstje.
Op federaal niveau belangt vooral het spoorvervoer veel Kempenaars aan. “We pleiten voor een verhoging van de frequentie van de treinen naar ieder halfuur, ook in het weekend”, zegt Kennes. “We dringen aan om prioritair enkele flessenhalzen weg te werken, zowel binnen de regio als erbuiten, waarbij die laatste impact hebben op het spoorvervoer in de Kempen. Het gaat om de verdubbeling van het spoor tussen Herentals en Turnhout, een ongelijkgrondse oversteek op de Lispersteenweg in Lier, de spoorknopen in Nazareth en Lint, en het wisselcomplex Otterbeek in Mechelen. Op het vlak van de NMBS-parkings willen we als lokale besturen meer in de pap te brokken hebben.”
Campus Campina
De Kempen beschikken over verschillende innovatieve sectoren waar bakens worden verzet op verschillende terreinen. Er bestaat al een GTI Kempen (gerichte territoriale investering) dankzij Europese middelen, maar het Streekplatform wil dat nog uitbreiden. “Wij noemen het Campus Campina”, zegt directeur Kris Vreys van IOK. “Maak vanaf 2025 de Kempen een proefregio voor de uitwerking van het regionaal-economisch beleid op het niveau van de regio’s. We leggen daarbij de nadruk op de Smart Biotech Incubator op de Innovatiecampus in Geel, met alles wat rond voedingssystemen en slimme landbouw te maken heeft, en op de Open Manufacturing Campus in Turnhout, de meest productieve vierkante kilometer van Europa. Maar ook vragen we om te blijven investeren in het strategisch onderzoekscentrum Vito in Mol.”
Een innovatieve sterkte van onze regio die nog meer kansen moet krijgen, is die van geothermie. “Onze regio telt nu twee geothermiecentrales, eentje bij Janssen Pharmaceutica in Beerse en dat van Vito in Mol-Donk”, gaat Kris Vreys verder. “Niet alles is rozengeur en maneschijn geweest, maar er worden stappen gezet om de centrale in Mol weer tot leven te wekken. Dat is het warmteaanbod, maar gekeken naar de warmtevraag zijn we nu bezig om de regio warmteclusters samen te stellen. Daarin bundelen we gemeentes of bedrijven waar geothermie of andere collectieve systemen een oplossing kunnen bieden om aan de vraag naar warmte tegemoet te komen. Daarvoor zijn investeringen nodig.”
Woestijngebied
Met vier Kempense ziekenhuizen, het Openbaar Psychiatrisch Zorgcentrum (OPZ) Geel en enkele andere instellingen lijkt de zorg in onze regio sterk vertegenwoordigd te zijn. Maar niets is minder waar, stelt voorzitter Eric Nijsmans van Welzijnszorg Kempen. “Op het vlak van geestelijke gezondheidszorg zijn de Kempen erkend als woestijngebied. In vergelijking met de arrondissementen Antwerpen en Mechelen hebben wij twee tot drie keer minder ambulante hulpverlening. Daar is dringend een grote inhaalbeweging nodig. Zo is de hele omgeving rond Herentals een blinde vlek op het vlak van revalidatie in geestelijke gezondheidszorg. In de ziekenhuizen zijn er veel meer bedden voor deze zorg nodig, maar ook algemeen heeft onze regio een historische achterstand in heel wat erkenningen voor de ziekenhuizen. Een andere problematiek is dat er in de hele regio een tekort is aan zowat honderd huisartsen.”
Verder heeft het Streekplatform Kempen nog tal van aanbevelingen en prangende vragen rond de nucleaire sector in de regio Dessel-Mol, de vernieuwing en uitbreiding van de vier gevangenissen in de Noorderkempen en een toekomst voor het Turnhoutse cultuurhuis de Warande.
Een opmerkelijk gedetailleerde vraag is die om de Kempense problematiek van de Marons te erkennen en voor de aanpak ervan middelen in te plannen. “Marons zijn een specifieke bevolkingsgroep uit Suriname die via Nederland in onze regio terechtkomen”, zegt Eric Nijsmans. “Ze strijken vooral in Turnhout, Geel en bepaalde grensgemeentes neer, wat wel bepaalde uitdagingen geeft (het Streekplatform heeft het over onaangepast gedrag met nogal wat agressie, zowel intrafamiliaal als naar derden, red.). Er is de handhaving enerzijds, maar ook de begeleiding en de nood aan alternatieve maatregelen anderzijds.”