IJsboerke hanteert de leuze Plezier Van Hier. Dat hier is in het hart van de Kempen, meer bepaald in Tielen. Wie langs de Gierlebaan rijdt, kan er alvast niet naast kijken. De naam IJsboerke staat prominent aan de straatkant voor een kantoorgebouw. De site zelf is maar liefst 110.000 vierkante meter groot en ligt eigenlijk in de achtertuin van de villa van wijlen Staf Janssens, die het bedrijf oprichtte in 1935.
IJsboerke is bij ons een gangbare naam, maar eigenlijk moeten we sinds 2015 spreken van de Belgian Icecream Group (BIG). “IJsboerke is eigenlijk een merknaam”, legt commercieel manager Jef Segers uit. “Het ijs van IJsboerke wordt verkocht in de Benelux, een beetje in Frankrijk en ook een beetje in Duitsland. Wereldwijd wordt ons ijs niet verkocht onder de naam IJsboerke, maar onder meer onder de merknaam Glacio. Voor Glacio hebben we bijvoorbeeld ook kantoren in Japan en China. In Japanse restaurants wordt ons ijs ook geserveerd, maar dus onder de noemer van Glacio.”
“Daarnaast produceren we ook ijs voor derden, vooral buitenlandse supermarktketens of horecaketens”, vult managing director Hendrik Colpaert aan. “Dat ijs komt onder hun naam op de markt, maar wordt dus wel degelijk hier gemaakt. De betrokken bedrijven produceren soms zelf wel ijs in potten, maar beschikken niet over de productiecapaciteit of de knowhow om bepaalde andere toepassingen, zoals bijvoorbeeld een ijsje op een stokje, op de markt te brengen. Het succes van ons ijs voor derden wordt niet alleen bepaald door onze knowhow, maar is vooral ook te danken aan onze uitstekende reputatie. Onze kwaliteit zorgt ervoor dat we het vertrouwen krijgen van buitenlandse ondernemingen, zelfs ook van grote multinationals.”
Het Tielense ijs is dus wereldwijd verkrijgbaar maar bij de Belgian Icecream Group koestert men het Kempense DNA van het bedrijf. “Ons team telt 360 medewerkers en dat zijn bijna allemaal Kempenaars. Maar liefst 85% woont zelfs in een straal van 15 kilometer rond het bedrijf”, weet Hendrik Colpaert. “Het is dan ook logisch dat we trots zijn op de bekroning van hét product van de Kempen. We werken ook met zoveel mogelijk Kempense partners. De plastic verpakking van onze potten ijs komt uit Turnhout en we hebben ook speciaal ijs met aardbeien uit Hoogstraten.”
Tot 2022 had IJsboerke een tweede vestiging in Beerse. “Nu is onze hele productie gecentraliseerd op één site, namelijk die in Tielen”, meldt Jef Segers. “We hebben de productielijnen van Beerse naar Tielen overgebracht, wat best een huzarenstukje was voor onze technische dienst. Sinds de samenvoeging beschikken we op onze site over een derde productiehal met in totaal nu 15 productielijnen. Dat is geen overbodige luxe. Vanaf het voorjaar hebben we die capaciteit nodig om voldoende ijs te produceren. Van de Frisko bijvoorbeeld rollen er 13.600 ijsjes per uur van de band.”
“Die productiecapaciteit geeft ons bovendien tijd en ruimte om in het laagseizoen werken of onderhoud te laten uitvoeren”, weet Hendrik Colpaert. “Investeringen gebeuren steevast in de winter. Op dit moment is één hal gesloten voor een grote investering. Wanneer ijs afgevuld is, gaat het doorheen een vriestunnel bij -40 graden Celsius. Een oude vriezer, die dateerde uit 1975, werd de voorbije weken verwijderd. Na de kerstperiode wordt in de hal een nieuwe vriezer geïnstalleerd. Die zal niet alleen milieuvriendelijker zijn maar ook de nieuwste technologieën bevatten. De koude komt sneller aan het product, waardoor het ijs een betere structuur krijgt.”
In de andere twee hallen draaien de productielijnen op volle toeren. De productie van ijs in potten verloopt nagenoeg volledig geautomatiseerd, maar voor het vervaardigen van speciale ijsjes is wel veel handenarbeid vereist én goede smaakpapillen. “Twee keer per dag, om 9u en om 15u, worden onze producten aan een smaaktest onderworpen”, toont Jef Segers. “Die controles worden door getrainde mensen uitgevoerd in een apart proeflokaal. Die proefsessies richten zich vooral op de smaak. De kwaliteit van het ijs wordt daarentegen meermaals per dag gecontroleerd in ons labo. Onze laboranten verzamelen zelf die stalen aan de productielijnen. Dat zijn eindproducten, maar ook de grondstoffen worden aan een grondige controle onderworpen nog voor ze verwerkt worden. We spreken hierbij uiteraard over melk en room, maar evenzeer over de Belgische chocolade bijvoorbeeld.”
Vlak naast het labo beschikt productontwikkelaar Sandra Cannaerts over een mini-ijsfabriekje. “Ik maak hier verschillende versies van ijs en onderzoek ook de smaakmogelijkheden. Deze ijsjes zijn vooral bestemd voor private labels. Mijn opdracht luidt een ijsje te ontwikkelen zoals de klant het wil, plantaardig of met room en met een specifieke smaak. Dit is een proces van trial and error. Van de tien ontwikkelde ijsjes vertrekt er misschien maar eentje terug richting de klant ter controle.”
Bij IJsboerke-producten gaat men prat op de authentieke smaak van het ijs. “Net daarin schuilt de kracht van ons product”, weet Jef Segers. “De recepturen van basissmaken zoals vanille of mokka zijn nooit veranderd, op één feit na. Vroeger gebruikte men boter van de Europese Boterberg voor de bereiding van roomijs. In 1995 zijn we van boter overgeschakeld naar room, maar de recepturen zijn nooit veranderd.”
“En het ijs van IJsboerke is niet zomaar roomijs”, pikt Hendrik Colpaert in. “IJsjes hebben een gemiddeld vetpercentage van 7 of 8%. Het ijs van IJsboerke heeft een vetpercentrage van 11,5% omdat het voor 25 tot 30% uit verse room bestaat. Dat proef je, want ons ijs is extra smeuïg. Dat verhoogde vetpercentage is alvast geen reden om de ijsjes van IJsboerke niet te consumeren, ook niet voor mensen die strikt letten op gezonde voeding. Het eten van een ijsje is een verwenmoment en dan mag het wel eens iets meer zijn of uit de band springen.”
Toch bracht IJsboerke de afgelopen jaren ook suikerarme en vegan varianten op de markt. “Ons ICY-gamma is niet alleen populair bij mensen die light denken en eten”, weet Jef Segers. “De suikerarme varianten worden bijvoorbeeld aangeraden door diëtisten voor diabetespatiënten. Voor onze kinderijsjes hebben we de recepturen ook aangepast. De Samson-, Bumba- en K3-ijsjes hebben allemaal Nutriscore A omdat het melkijsjes zijn en dus met minder room worden vervaardigd. Dat engagement zijn we aangegaan om obesitas bij kinderen tegen te gaan.”
De smaak van de ijsjes doorstond de tand des tijds, maar de verkoop van de producten is het afgelopen decennium volledig veranderd. “IJsboerke bracht de ijsjes vroeger echt persoonlijk aan de man via home vending”, blikt Femke Verbaeten van de marketingafdeling even terug. “De oranje met witte vrachtwagens waren een vertrouwd zicht in het straatbeeld. De 170 vrachtwagens reden eens per veertien dagen door elke straat om de ijsjes letterlijk tot aan de voordeur te brengen. Die vrachtwagens waren rijdende reclameborden, waardoor het merk IJsboerke wijd en zijd bekend werd. Vooral in de jaren 80 en 90 was home vending erg populair maar nu is dat verkoopmodel niet meer haalbaar. IJsboerke is dan ook geleidelijk aan overgestapt naar de verkoop via retail en foodservice. Maar liefst 95% van de Belgen woont op minder dan 5 minuten van een supermarkt en daar zijn onze ijsjes nu te koop. Er rijden nog wel dertien vrachtwagens rond voor B2B-leveringen zoals aan Plopsaland of onze shop in Wijnegem.”
Werknemers en buurtbewoners kunnen ook op de site zelf de ijsjes van IJsboerke kopen. “Vanaf de lente, de start van ons hoogseizoen, is het winkeltje op de bedrijfssite iedere weekdag geopend”, legt Femke Verbaeten uit. “Nu tijdens de wintermaanden kunnen klanten langskomen op woensdag en vrijdag, maar in de aanloop naar de kerstperiode gaan we opnieuw volledig open. In onze shop kan men trouwens niet alleen ijsjes kopen. We hebben ook merchandise van IJsboerke. De wieleruitrusting kent iedereen, maar er zijn ook petten, T-shirts en truien. Die zijn eveneens te koop in Wijnegem of ze kunnen besteld worden via de webshop.”
In de eindejaarsperiode zal er in menig Kempense huiskamer een kerstbûche van IJsboerke op de feesttafel verschijnen. “Dat is een puur Belgisch fenomeen”, verklapt Jef Segers. “Hetzelfde kan trouwens gezegd worden van mokka. We hebben nergens ter wereld al zoveel mokka verkocht als hier. En voor de ijsliefhebbers heb ik nog een spoiler alert! In het voorjaar lanceren we een tweede variant van onze Frisko. We blijven innoveren, maar de klassieke versie zal altijd blijven bestaan. Met die tweede variant steken we de historie als het ware in een hedendaags jasje. Het ijs van IJsboerke verbindt generaties: van het Bumba-ijsje voor peuters tot de kerstbûche bij oma op tafel.”
