Dorien Ooms (Het Fotohuis)

COLUMN: “Geen retteketet, geen Palmenmèt”

Elke week geeft redacteur Dorien haar zinnige, onzinnige of eigenzinnige kijk op wat geweest is of wat komen gaat. Deze week verbaast ze zich over de snelheid dat buren en vrienden uitvallen, door dat ene virusjes dat al twee jaar lang uit alle spleten en kieren komt gekropen, op momenten dat we de alertheid al eens dreigen te verliezen.

“Nee, dit gaat niet goed.”

“Amai, nu komt het dichtbij.”

“Hè, wow, nu gaat het echt snel.”

Dit hebben we thuis regelmatig tegen elkaar gezegd de afgelopen dagen. Het virus heeft mij en mijn gezinsleden zelden bang gemaakt, of boos, of onzeker. We leefden ermee, schikten ons meer dan ons lief was, en ondergingen de nare periode.

Maar de laatste weken was het lichtjes anders. Voor het eerst porde de gevreesde neuswisser mijn oogbol. Niet dat ik symptomen had, maar ik maakte me klaar voor een medische ingreep. Niets dringends, wel voor mij gewenst en eerder noodzakelijk. Dus ik leefde er naartoe, dag per dag, organiseerde me beter dan in mijn chaotische natuur ligt en zorgde dat mijn valiesje zelfs al de avond voor vertrek naar het ziekenhuis klaarstond. Voor het eerst ervoer ik aan den lijve kwetsbaarheid in het hele coronaverhaal, en dat maakte me nerveuzer dan anders. Ik was maar wat blij dat het gewoon door kon gaan, en dat ik de eerste dagen van herstel al doorgemaakt heb. Minder kwetsbaar dus.

Anders dan de andere golven zien we deze keer gezinnen uit onze nabije omgeving onder huisarrest geraken. Corona sloop er binnen, langs neus, keel of oren. Klasjes raken uitgedund, schoolbanken blijven leeg. Soms zelfs een juf, een poetsvrouw, de dokter zelf of de verpleegsters die normaal zelf met de moed der wanhoop dweilen. Dweilen om het virus buiten te houden, ondanks het spreekwoordelijke wassende water.

Dus we namen zelf gisteren al het besluit: we gaan Palmenmarkt aan ons laten voorbijgaan. Als Gelenaar is Palmenmarkt – met Palmzondag of in november, whatever – gelijk aan elkaar ontmoeten, de kinderen onze zuurverdiende centen laten opdoen aan loeiende attracties, met armen vol Made in China-speelgoed naar huis gaan. En nadat de kinderen veilig bij de babysit zijn, teruggaan om te drinken, te feesten en te dansen met iedereen die hetzelfde plan in gedachten heeft.

Nee, dat zou het voor ons dit jaar niet worden. En nu ook niet voor het Geelse stadsbestuur. De streep ging vandaag door de plannen. Jammer natuurlijk voor de foorkramers en de Geelse horeca. Bijzonder jammer voor iedereen die een strohalm zag in deze festiviteiten, en die nu – vlak voor de oogst – ziet knappen.

Even weer de focus aanpassen. Nee, de schaapjes zijn niet op het droge. Het is nog niet voorbij. We moeten weer even inbinden, hopen, vingers kruisen en ondanks alles verder doen. En blijven geloven. Vooral dat, blijven geloven en dromen over het einde van deze miserabele tijd.