Gebo is een gevestigde waarde in Dessel. Het familiebedrijf waar op dit moment de derde generatie aan zet is heeft een rijke geschiedenis die teruggaat tot 1949 en is specialist in boringen voor grondwaterwinningen en bodemenergietoepassingen. Op dit moment staat de teller al op meer dan 10.000 succesvolle putboringen over de landsgrenzen heen in onder meer België, Nederland, Duitsland, Engeland en Frankrijk. Met een speciaal ontwikkelde methode kan de kwaliteit van water uit verschillende dieptes nauwkeurig onderzocht worden.
“Onze 75-jarige geschiedenis is een bewijs van onze toewijding aan vakmanschap, kwaliteit en innovatie,” zegt zaakvoerder Yves Geboers. Mijn grootvader begon in 1949 met het boren van waterputten toen er nog sprake was van warme zomers waarbij het grondwater laag stond en de boeren gebruikmaakten van gemetste waterputten. Er was nog geen leidingwater, waardoor de putten leeg stonden bij warm weer. Het was mijn grootvader die naast onderhoud ook boringen deed voor de ontginning van wit zand bij Sibelco. Hij wist dus hoe je een put moest boren en werd veel gevraagd door de plaatselijke landbouwers.
Al in de jaren 50 en 60 begon het bedrijf zich verder te verdiepen in de uitwerking van verwarmingstechnieken. “We openden een winkel met verwarmingstoestellen en badkamer- en keukeninrichting”, herinnert Yves zich. “Er was nog geen sprake van een gasnet, waardoor we met flessengas en alles wat met loodgieterswerk gemaakt kon worden de boer opgingen. De evolutie in de verwarmingstechnieken heeft er uiteindelijk voor gezorgd dat we ons nadien echt gespecialiseerd hebben in boringen.”
Eind jaren 60 volgde dan een doorbraak in diepboringen. “De landbouwbedrijven werden steeds groter, wat ervoor zorgde dat de kwaliteit en de hoeveelheid van het water niet langer voldeden. De energiecrisis van de jaren 70 zorgde voor de eerste toepassingen van warmtepomptechnieken waarvoor we er ook in slaagden om energie uit het grondwater te halen. De echte doorbraak voor geothermische toepassingen kwam pas later. In tegenstelling tot Nederland is de elektriciteit in ons land relatief duurder dan fossiele brandstoffen, waardoor de terugverdientijd hier wat langer is.”
Met de ontwikkeling van eigen machines en technieken is het bedrijf koploper in de sector. “De technieken in de manier van pompen en de bouw van de machine is volledig ons idee”, glundert Geboers. “In de jaren 90 gingen we in zee met een Italiaanse firma, waardoor onze technieken nu ook wereldwijd gebruikt worden bij andere bedrijven. We mogen gerust zeggen dat we koploper zijn in boortechnieken.”
“Het wordt steeds moeilijker om de nodige vergunningen te verkrijgen. De overheid kijkt eerder naar het hergebruik van het water in plaats van eigen waterwinning. We worden vaak gezien als een concurrent voor de watermaatschappijen”
Yves Geboers
Toch blijken putboringen ook vandaag geen evidentie. “Het wordt steeds moeilijker om de nodige vergunningen te verkrijgen”, zegt Geboers. “De overheid kijkt eerder naar het hergebruik van het water in plaats van eigen waterwinning. We worden vaak gezien als een concurrent van de watermaatschappijen. Als voorzitter van de werkgroep bij Embuild, de vroegere Confederatie Bouw, proberen we voldoende te lobbyen om de problematiek uit te leggen.”
Geboers is ervan overtuigd dat er binnen de energietransitie nog groeimarge bestaat. “We zijn trots op wat we al bereikt hebben en kijken ernaar uit om onze expertise verder uit te breiden op het gebied van geothermie binnen de energietransitie. Op termijn moeten we anders leren omgaan met ons energiegebruik”, zegt hij. “Het wordt stilaan duidelijk dat we afhankelijk van verbruikspieken meer zullen betalen, waardoor energiemanagement cruciaal wordt. Dat brengt ook voor ons uitdagingen met zich mee. We hopen vooral dat de overheid het belang van onze boringen blijft inzien, zodat ook het rendement voor gebruikers blijft bestaan. “
Met de opwarming van de aarde broedt Gebo op nieuwe technieken om aan eigen waterwinning te doen. “In Nederland is het wettelijk al toegestaan om water op te slaan in de grond, maar bij ons is dat nog niet geregeld. Het gaat dan vooral over het recht van water- en energiegebruik. Als de overheid beslist om belastingen te innen op de opvang van eigen water, wordt het verhaal meteen minder aantrekkelijk. In de toekomst zou het perfect mogelijk moeten zijn om het principe van zonnepanelen toe te passen op het waterverbruik, waarbij mensen eigen water opvangen en het gezuiverd opnieuw de grond insturen. Op die manier blijft de watervoorraad aangevuld.”
Wanneer Yves met ons start aan de rondleiding, worden we meteen geconfronteerd met de brand van vier jaar geleden, waar één van de bedrijfshallen verwoest werd. “De dossiers die hier in de gang staan, zijn nog een restant van de brand”, klinkt het.
Vandaag blijft enkel de betonnen vloer over. Na vier jaar is er nog geen sprake van de heropbouw. “Onze bedrijfshal staat in agrarisch gebied, maar omdat onze grond te dicht tegen de Nete ligt krijgen we geen vergunning meer om een nieuwe hal te bouwen.”
Yves kan zich de dag van de brand nog levendig voor de geest halen. “Dat was het inferno”, begint hij zijn verhaal. “Ik werd gebeld en ben meteen naar het bedrijf gereden. We hadden een paar jaar eerder het dak vernieuwd met sandwichpanelen uit pur. Volgens de expert zou één van onze heftrucks vuur gevat hebben, waardoor de pur is beginnen smelten. Eens dat begon te branden, was het vuur niet meer te stoppen. Mochten we het originele dak nog hebben gehad, dan was de schade allicht beperkter gebleven.”
Tot vandaag heeft de brand invloed op de werking van het bedrijf. “We werken tijdelijk vanuit containers, waardoor de flow van de processen in ons bedrijf niet optimaal verloopt. Er is beperkte ruimte, wat zorgt voor een lager rendement. In de toekomst hopen we ons terrein uit te breiden naar de kant van de parking, waardoor we verder van de Nete een nieuw gebouw kunnen optrekken om een betere structuur en rendement te verkrijgen.