Sinds 1971 worden er in de fabriek in Westerlo-Oevel assen gemaakt. Elke dag staan er 600 mensen paraat om de assen te produceren: zo’n 600 per dag. In de fabriek naast de E313 worden er ook elke dag 240 cabines vervaardigd. Die worden, samen met de assen, naar DAF in Eindhoven getransporteerd, waar de vrachtwagens verder geassembleerd worden.
“Omdat de inzet van elke truck uniek is, worden de assen afgestemd op de specifieke applicatie”, weet George Beekwilder, plant manager van de assenfabriek, in Het Laatste Nieuws. “Voorassen, voorloopassen, sleepassen, al dan niet dubbel aangedreven tandems, gestuurde assen, assen met of zonder naafreductie, de mogelijkheden die DAF biedt, zijn ongekend. En zoals onze fabrieken in Eindhoven en Leyland trucks op klantenorder produceren, zo doen wij dat hier in Westerlo met de assen.”
In die 50 jaar tijd is er veel veranderd. De assen wegen tientallen kilo’s lichter, en zijn tegelijk veel sterker. Ook voor de arbeiders is het bedrijf geëvolueerd naar een moderne fabriek, met aandacht voor de arbeidsomstandigheden. “Machines worden steeds weer stiller en belastend werk wordt uitbesteed aan high-tech robots. Door de verdere verduurzaming van onze processen, kon bijvoorbeeld de chemische afvalstroom met maar liefst meer dan 98% worden gereduceerd”, klinkt het in Het Laatste Nieuws.
DAF doet momenteel tientallen miljoenen aan investeringen in de productieplant in Oevel. Daarmee wil het bedrijf de volledige productie van de assen in eigen beheer houden. Voor DAF en klanten biedt dit volgens Beekwilder voordelen. “De voertuigen en assen zijn altijd perfect op elkaar zijn afgestemd voor een maximale levensduur, hoge prestaties en de laagste kosten per kilometer.”