19,3% van de werknemers uit de provincie Antwerpen combineert de auto met de fiets om naar het werk te gaan. Dat cijfer ligt een stuk boven het Belgische gemiddeld van ruim 11%. De fiets wint aan populariteit maar koning auto blijft heersen. De cijfers komen uit de mobiliteitsbarometer van Acerta.
53,7 % van de Antwerpse werknemers rijdt elke dag met de auto naar het werk, nog altijd een meerderheid maar een niptere meerderheid dan de vorige jaren. Meer werknemers kozen in 2018 bewuster voor de manier waarop ze de verplaatsing naar het werk maken. Afhankelijk van de omstandigheden kiezen zij ervoor om de wagen te gebruiken of om voor een ander vervoermiddel te kiezen. En de populairste combinatie is die van auto en fiets. Sommigen combineren dagelijks: ze halen na de langste kilometers te hebben gereden de (plooi)fiets uit de koffer. Anderen combineren volgens de omstandigheden van het moment: blijft het droog of moeten ze die dag niet via de crèche, dan gaan ze op de fiets.
Stagnering in bedrijfswagens
In 2018 had 19,6% van de werknemers in onze provincie een bedrijfswagen, dat is voor het eerst een stagnering. “We zien 2 mogelijke verklaringen”, zegt Wim Dekeyser van Acerta. “De gunstige economische conjunctuur heeft geleid tot een belangrijke groei in de tewerkstelling. Deze groei doet zich in belangrijke mate ook voor bij bedienden die traditioneel eerder uitvoerende taken op zich nemen en niet in aanmerking komen voor een firmawagen.”
“Anderzijds staan meer nieuw aangeworvenen kritischer tegenover de firmawagen dan hun voorgangers. We zijn ervan overtuigd dat werknemers die potentieel in aanmerking komen voor een firmawagen, als het wetsontwerp inzake mobiliteitsbudget goedgekeurd zal worden in het parlement, vragende partij zullen zijn bij hun werkgever om dit omgezet te krijgen in een mobiliteitsbudget. En dat zal dan dikwijls een keuze zijn voor een kleinere en CO²-vriendelijkere wagen in combinatie met de fiets, het openbaar vervoer of deelsystemen.”