In het stadsmuseum van Lier start op vrijdag 22 april een expo over de geschiedenis van Van In: ‘Van lokale drukkerijen tot internationale educatieve uitgeverij. De tentoonstelling toont je in vogelvlucht de evolutie van het bedrijf. Het verhaal begon in 1833, in Lier, met een bescheiden drukkerij Gebroeders Van In. Vandaag zwaait de Kempense Vicky Adriaensen (48) uit Weelde er de plak. Zij is sinds enkele weken de nieuwe algemeen directeur.
Terugkeer
Adriaensen heeft haar strepen verdiend in de marketing en sales. Ze werkte voor heel wat grote, internationale bedrijven zoals Stork, Bonduelle en Campina. In 2009 begon ze als marketing- en salesmanager bij Van In, waar ze in 2018 afscheid nam om als algemeen directeur te beginnen bij Acco. Beide bedrijven hebben een gelijkaardig profiel. Terwijl Van In zich vooral focust op leermiddelen voor het basis- en secundair onderwijs, richt Acco zich uitsluitend op hoger onderwijs. Maar de terugkeer van Adriaensen naar Van In is geen strategische keuze, zo zegt ze zelf.
“Het is niet de bedoeling bij Van In om meer in te gaan zetten op het academische niveau”, zegt de nieuwe algemeen directeur. “De focus blijft bij het basis- en secundair onderwijs. Wat ik geleerd heb bij Acco, neem ik wel mee. Ik heb er de afgelopen vier jaar mee de digitale transformatie kunnen vormgeven en verder gebouwd aan professionalisering. Ik denk dat ik daar een heel mooi, dynamisch bedrijf heb achtergelaten.”
Ook Van In heeft de laatste jaren een digitale transformatie ondergaan. Het bedrijf is geëvolueerd van een educatieve uitgeverij naar de grootste, digitale leermiddelenmaker van ons land. Het paradepaardje is Bingel, het digitaal leerplatform voor het basisonderwijs waar zo’n 400.000 Vlaamse leerlingen (86% van alle Vlaamse lagere schoolkinderen) bijna dagelijks mee aan de slag zijn. Diddit, de tegenhanger voor het secundair telt 240.000 gebruikers en wordt in 75% van de Vlaamse scholen gebruikt.
De terugkeer naar Van In voelt voor Adriaensen, die in haar jaren bij Van In zelf mee aan de wieg stond van Bingel en Diddit, heel vertrouwd. “Maar er is ook enorm veel veranderd”, zegt Adriaensen. “In de afgelopen vier jaar is het aantal medewerkers bijna verdubbeld. En daarnaast stellen zich ook een heleboel nieuwe uitdagingen wat het erg boeiend maakt om hier terug te komen. De wereld staat niet stil, het onderwijs al helemaal niet. Een transformatie heeft geen eindpunt, maar geeft een richting aan. En het is die richting die ik mee vorm wil geven.”
Uitdagingen
Eén van de uitdagingen ligt volgend Adriaensen bij het wegwerken van de digitale drempels bij leerkrachten. “We moeten hen nog meer overtuigen dat digitale tools er zijn om hen te ondersteunen”, zegt Adriaensen. “Het digitale is geen doel op zich. Dat is het nooit. Het is wel de bedoeling om leerlingen een zo goed mogelijk leertraject te laten volgen, met een zo goed mogelijk resultaat. En met de diversiteit in de groepen, die alleen maar toeneemt, wordt het voor leerkrachten alleen maar moeilijker om op een goede manier te coachen.”
“Digitale tools, zoals Bingel, maken het mogelijk te differentiëren. Het is totaal niet aan de orde de leerkracht te vervangen. Zij zijn de superkracht binnen het onderwijs. Wat we ook ontwikkelen, het heeft altijd als doel de leerkracht in zijn kracht te zetten. Er zijn ook steeds meer leerkrachten die het digitale al wel hebben omarmd. Voor hen moeten we dan weer gaan kijken hoe we nieuwe toepassingen, in Virtual of Augmented Reality bijvoorbeeld, kunnen toepassen in onze leerplatformen. Samen met de leerkrachten willen wie die volgende, digitale stap zetten.”
Van In maakt deel uit van Sanoma, een Fins uitgeversgroep waar verschillende digitale leermiddelenmakers deel van uitmaken. Dat internationaal karakter maakt dat Bingel van Van In bijvoorbeeld gebruikt wordt in verschillende Europese landen. “De combinatie van die internationale kracht met onze lokale werking is uniek en is meteen een heel grote kracht. Het biedt veel mogelijkheden tot samenwerking. “Al is de belangrijkste input die van de leerkrachten zelf. Alles wat wij ontwikkelen doen we samen met hen. Zij staan met hun voeten in de praktijk en weten waar er nood aan is. Wij bedenken hier nooit iets op ons eiland, achter onze bureau.”
