Charlotte Vrydaghs heeft voor de gelegenheid haar grootvader Roger (84) gevraagd om naar de winkel te komen. Als er één iemand is die zich met recht het geheugen van Pardaf mag noemen is hij het wel. Het was zijn ondertussen overleden zus die destijds Pardaf begon.
“Mijn zus heeft het idee in Parijs opgepikt, waar in de jaren zestig en zeventig al winkels in tweedehands merkkleding waren. In 1973 besloot ze op de Melkmarkt, enkele meters voorbij café De Muze haar eigen winkel te openen”, vertelt Roger.
Het was een winkel met brocante waar tegelijkertijd ook kleding werd verkocht. “De brocante is in de loopt der tijd verdwenen. Toen en nog steeds is er een grote vraag naar tweedehands merkkleding. Vandaar dat we op zeker moment, in 1981 om precies te zijn, ook verhuisd zijn naar een groter pand aan de Gemeentestraat”, aldus nog Roger.
“Mode voor de kleine beurs”
Het principe van Pardaf is nog steeds hetzelfde. “We bieden hier alleen de betere tweedehandskleding aan. Meestal gaat het om merkkleding. Er zijn mensen die een kledingstuk na een paar keer gedragen te hebben wegdoen. En niet zelden komen die stukken bij ons terecht”, vertelt Charlotte.
In de rekken hangt Armani, Gucci, Levi’s, Dior en ga zo maar verder. “Modebewuste mensen met een kleine beurs kunnen hier voor een fractie van de oorspronkelijke prijs en mooi en vaak uniek kledingstuk kopen. Mensen weten dat ze hier kwaliteit kopen. Daarom houden we die kwaliteit van ons aanbod bewust hoog”, gaat Charlotte verder.
Ondertussen wordt het voormalige herenhuis aan de Gemeentestraat volledig ingenomen door Pardaf. Het gebouw uit 1867 wordt genoemd in de inventaris voor onroerend erfgoed, waar het als een ”imposant neoclassicistisch herenhuis” te boek staat. Ook de “fraaie rondboogpoort” krijgt een vermelding.
“In de begin jaren was er achteraan het gebouw nog een Chinees restaurant gevestigd”, herinnert Roger zich. “Zelf ben ik er nooit gaan eten, maar de oudere Antwerpenaar kan het zich vast nog wel herinneren.” Dat moet haast wel, want aan de ingang van het restaurant stonden, zoals het hoort, enkele Chinese draken.
Steeds meer winkels, geen concurrentie
Dat Pardaf na 50 jaar nog steeds een bloeiende zaak is, is volgens Charlotte geen verrassing. “Je bouwt in al die jaren niet alleen een vast klantenbestand op. Er komen ook steeds nieuwe mensen bij. Modebewuste jongeren en hipsters bijvoorbeeld. Het zijn mensen die er de tijd voor nemen om op zoek te gaan naar koopjes om hun outfit samen te stellen.”
Hoewel Pardaf met voorsprong de oudste tweedehands kledingzaak van Antwerpen is, neemt de concurrentie de jongste jaren enorm toe. Het aantal winkels met tweedehandskleding is niet meer bij te houden.
“Ik zie die winkels niet als concurrentie. Ze hebben een ander aanbod en vaak ook een ander publiek. We zijn zeer selectief met wat we aanbieden en daarmee trekken we voor een deel een ander publiek aan. We hebben in ieder geval nog niet gemerkt dat het toenemende aanbod aan tweedehands in ons nadeel is.”
Het is pas volgende maand dat Pardaf exact 50 jaar bestaat. Dat zal ongetwijfeld tot een feestje leiden in beperkte kring. “Maar ook de klant zal het merken. We zijn van plan om de komende weken af en toe iets extra te organiseren”, zegt Charlotte. Wat dat is? “Gewoon komen kijken.”