Moet er nog soep zijn?

soepZe zijn met hun soepkraam ondertussen al een vertrouwd beeld in Reet, Rumst, Schelle, Niel en Aartselaar. Sander Claes en Tijs Callaerts vatten de idee op om met een omgebouwde caravan soep te gaan verkopen. Ze kregen daarvoor alvast veel sympathie. Ze hopen dat ze hun opgestart bedrijfje snel kunnen laten uitbreiden.

Tijs Callaerts volgde KMO-management aan de Karel de Grote-Hogeschool in Antwerpen en kreeg het daar te pakken. Hij nam deel aan de wedstrijd Startup@Campus, viel in de prijzen en voelde zich meteen extra gemotiveerd om een eigen bedrijf te beginnen. Het werd Soeprème, een soepkar die hij samen met zijn vriend Sander Claes ging uitbaten.

Met de steun van de school en van de werkgeversfederatie Voka groeide Soeprème uit tot een bedrijf dat vertrok van huis-aan-huis verkoop met een soepkar tot het runnen van een eigen soepkraam dat op vaste dagen in een aantal gemeentes een vaste standplaats zou innemen. Ze deden er 1,5 jaar over om de dingen op een rijtje te zetten en een goed businessplan uit te werken.

De idee om soep te gaan verkopen werd voor de eerste keer getest op Tomorrowland in Boom waar tussen de campingplaats en het festivalterrein een tijdje een stand werd uitgebaat met soep. De try-out was een heus succes.

De planning loopt ondertussen in die mate dat de twee ondernemers ’s morgen soep maken: doorgaans groentesoep en tomatensoep, dé klassiekers dus. Maar altijd met verse groenten. Ze zijn er wel toe bereid om het aangeboden assortiment uit te breiden. Ze zoeken daartoe overigens naar goede recepten. Ze hebben trouwens ook al een eigen website waar ze graag reacties op krijgen. Trouwe klanten kunnen er ook hun bestellingen plaatsen en bij bepaalde volumes kortingen krijgen.

“Op de maandag staan we op het Brooikensplein in Reet, de dinsdag aan de molen in Aartselaar, de woensdadg aan de Alvo in Rumst, de donderdag aan Escape in Niel en de vrijdag op het kerkplein in Schelle, telkens van 14.30 tot 18 u.” heet het.