Ook na corona is de opmars van privézakenvluchten niet te stuiten, zo blijkt uit de jaarresultaten van Flying Group, de grootste aanbieder van zakenvluchten in de Benelux. De Antwerpse operator haalde in 2022 een omzet van 155 miljoen euro. Dat is 41% meer dan in 2021 en een verdubbeling ten opzichte van 2019. “Onze vloot is gegroeid, maar de markt was nóg actiever”, verduidelijkt voorzitter Bernard Van Milders. “Bij momenten was onze volledige capaciteit in gebruik.”
LEES OOK. Regionale luchthaven Wevelgem ziet aantal zakenvluchten hand over hand toenemen
Daarom breidt Flying Group zijn vloot, die vandaag uit een vijftigtal vliegtuigen bestaat, in 2023 nog verder uit. De operator schaalt ook het programma ‘Flying Partners’ op, waarbij enkele klanten samen mede-eigenaar worden van een vliegtuig en er zo het hele jaar door gebruik van kunnen maken. “Op dit moment hebben we één toestel in beheer met vijf mede-eigenaars. In 2023 en 2024 komen daar nog vier toestellen bij.”
Belang van regionale luchthavens
Van Milders ziet dus nog niet meteen een plafond voor zijn bedrijf, en bij uitbreiding voor de hele markt voor privévluchten. Regionale luchthavens, zoals die in Deurne, spelen daarin een belangrijke rol. “Er is heel duidelijk nood aan een regionale luchthaven in Antwerpen, de belangrijkste economische regio van Vlaanderen. Je vindt geen regio’s die zo belangrijk zijn en niet over een eigen luchthaven beschikken.” Dat de Vlaamse regering eind vorig jaar groen licht gaf voor het voortbestaan én de verdere groei in Deurne, is voor Van Milders dus erg goed nieuws.
Voor buurtbewoners die zich zorgen maken om overlast, heeft hij bovendien een geruststellende boodschap: “De grootste problemen, namelijk de geluidsoverlast en de luchtvervuiling, gaan verdwijnen.” Daarmee verwijst Van Milders naar de grote ambities rond de elektrificatie van de luchtvaart. Vorige zomer kondigde Flying Group de bestelling aan van maar liefst vijftig VX4-toestellen, elektrische vliegtuigen voor vier passagiers die verticaal kunnen opstijgen en dus geen landingsbaan nodig hebben. Daarnaast heeft de groep een akkoord voor de aankoop van de Alice, een elektrisch toestel van de Israëlische vliegtuigbouwer Eviation.
Fotovoltaïsche velden
Om al die elektrische vliegtuigen op te laden heeft Flying Group binnenkort heel wat groene stroom nodig. “En het is perfect mogelijk om die in onze regionale luchthavens op te wekken”, zegt Van Milders. “Wij leggen op onze gronden en gebouwen al zo veel mogelijk zonnepanelen. Maar men kan ook naast de start-, landingsbanen en taxiways enorme fotovoltaïsche velden aanleggen. Dat is geen sciencefiction: in verschillende Europese luchthavens, bijvoorbeeld in Groningen in Nederland, is dit al gebeurd.”
Van Milders heeft zijn opvallende voorstel al gepresenteerd aan de Vlaamse regering. “In Antwerpen is er natuurlijk de onafhankelijke Franse exploitant. En de regering moet ook nog met de gevolgen van het stikstofakkoord aan de slag. Er zijn dus nog wat beslissingen nodig en zulke dossiers hebben tijd nodig, maar ik heb vertrouwen dat die zonnepanelen er gaan komen. De groene stroom kan bovendien ook door omwonenden gebruikt worden, of om de elektrische bussen van De Lijn op te laden op de nieuwe stelplaats naast de luchthaven.”
Luchthavens worden energiecentrales
Regionale luchthavens worden op die manier gigantische groenestroomcentrales, voorspelt Van Milders. En er is wat haast bij, want de VX4-toestellen zouden in 2026 al in Antwerpen kunnen rondvliegen. “Deze toestellen zijn bedoeld voor afstanden tot 160 kilometer, bijvoorbeeld om onze passagiers naar de luchthaven te brengen. Omdat ze geen landingsbaan nodig hebben, kunnen ze landen en opstijgen op ‘vertiports’: platformen met een diameter van 25 meter, die aan de rand van de stad of op bedrijfsterreinen geplaatst kunnen worden. De reglementering daarvoor is volop in de maak. We hebben al gesprekken met steden en bedrijven voor specifieke locaties.”
In afwachting van de elektrische toestellen compenseert Flying Group zijn CO₂-uitstoot via het Europese emissiehandelssysteem ETS en onderzoekt het bedrijf het gebruik van duurzamere biobrandstoffen in Antwerpen. “Die kosten meer, maar we zien al klanten die daar spontaan voor willen kiezen.” Hoe lang het zal duren voor de hele luchtvaart elektrisch gebeurt? “We gaan binnen vijf à tien jaar de eerste elektrische lijnvluchten zien”, gelooft Van Milders. “Langeafstandsvluchten zijn voorlopig uitgesloten, maar voor de vluchten tot 500 kilometer gaan we tegen 2030 al heel veel gerealiseerd kunnen hebben.”