De bouwwerken voor de installatie van FRX Polymers in Antwerpen schieten flink op. FRX Polymers is een Amerikaanse specialist in vlamvertragende polymeren. Het bedrijf investeert 16 miljoen euro in een nieuwe fabriek op het terrein van Bayer Antwerpen.
De Antwerpese chemiecluster blijft internationale investeerders aantrekken. De havenfaciliteiten, het uitgebreid pijpleidingennetwerk aan grondstoffen en de beschikbare gronden zijn aantrekkelijke factoren. Zeker ook omdat groepen als Bayer Antwerpen zélf hun terrein aanbieden aan internationale prospectoren uit de sector.
FRX Polymers is een heel jong bedrijf dat in 2007 opgezet werd door de Amerikaan Marc Lebel. Hij concentreerde zich op vlamvertragende technologiën. Het komt erop aan de snelle ontvlambaarheid van plastics af te remmen. In het verleden kon je nog vrij makkelijk een brandend huis verlaten. Je had er minimum 15 minuten voor. Vandaag is dat niet meer het geval. De inbreng van zoveel plastics zorgt ervoor dat een huis vandaag in nauwelijks 3 minuten in lichterlaaie staat. Beschikbare vlamvertragende producten werden tot nog toe aangemaakt op basis van bromine dat op zichzelf een zware belasting vormt voor het milieu. Marc Lebel zocht daarom naar alternatieven en vond die in fosfor. Die research werd omgezet in het product Nofia.
In 2006 verbood ook Europa het gebruik van sommige broomhoudende vlamvertragers. In dit opzicht kwam de oprichting van FRX Polymers in Boston als bedrijf precies op tijd. De nieuw opgezette onderneming koos voor de bouw van een productievestiging voor Europa. “Omdat Europa precies in het midden ligt tussen Amerika en Azië”, zei Marc Lebel bij de toekenning van de “Investment of the Year Award” door Flanders Trade. Antwerpen en de Vlaamse regering scoorden hoog bij de zoektocht naar een geschikte Europese site. De Vlaamse regering schreef een overheidswaarborg van 70% uit op een lening terwijl in Antwerpen Bayer twee van de drie grondstoffen voor de productie kon aanleveren.
De fabriek moet in oktober van dit jaar operationeel zijn. In dit opzicht worden de eerste vaste personeelsleden aangeworven. Het zou om 35 mensen gaan. In een volgende fase zou de piloteenheid die nu in Zwitserland draait ook naar Antwerpen kunnen verhuizen. Het lijkt het bedrijf immers efficiënter om R&D te concentreren bij de eigenlijke productie-eenheid.