Uiterlijk volgende week donderdag komt er uitsluitsel over de toekomst van telecomverkoper Euphony. Er zou zich een kandidaat-investeerder aangemeld hebben maar de nodige kapitalen staan nog altijd niet op de rekening van het Antwerpse bedrijf. De rechtbank van koophandel wacht voorlopig nog even af.
Euphony was tot voor enkele jaren nog een sterk succesnummer. Het bedrijf verkoopt telecom- en energiediensten van oa. Mobistar en Luminus via zo’n 1000 doorverkopers. Die blijken de laatste maanden echter niet meer betaald. Althans de meesten onder hen. Pakweg zes maanden nadat uitdrukkelijk beloofd werd dat de achterstallen zouden weggewerkt worden is er nog altijd geen duidelijkheid.
Nadat de voorlopige bewindvoerder het bedrijf voor de Antwerpse rechtbank van koophandel gedagvaard had met een faillissementsverklaring is het nu nog wachten tot 27 maart e.k. om vast te stellen of de kandidaat-investeerder effectief de nodige financiële middelen volstort zal hebben. Euphony zit duidelijk door zijn laatste gelden heen. Het gaat dan niet enkel om de commissies van de doorverkopers maar ook om alle wettelijke financiële verplchtingen van het bedrijf.
Euphony is in moeilijkheden gekomen als gevolg van een te dure management buy-out waarbij het bedrijf een groot pakket uitstaande schulden diende mee over te nemen. Een duur sponsorcontract met Racing Genk woog mee op de rentabiliteit van het bedrijf. CEO Frank Van de Wege gaf al eerder toe dat het bedrijf effectief financiële problermen heeft maar volgens hem is een redding mogelijk. Hij zou daartoe een Nederlandse kandidaat-investeerder gevonden hebben die ertoe bereid is om zo’n 10 miljoen euro in het noodlijdende bedrijf te pompen. Volgens Van de Wege wordt Euphony vandaag meegesleurd in een pijnlijk verhaal omdat een aantal misnoegde consultants negatieve reclame over het bedrijf rondstrooien. “Een prooi die gewond is is een makkelijk prooi”, zei hij eerder.
Herman Hellebosch werd eerder door de rechtbank aangesteld als voorlopige bewindvoerder. Hellebosch besliste om het bedrijf te dagvaarden in faillissement op basis van de rapportering van de bedrijfsrevisor en van zijn eigen bevindingen.
