Duitse wijnbouwers De Duitse wijnbouwers proefden de Boechoutse Parel. Foto: Filip Spoelders

Duitse wijnbouwers bezoeken wijndomein Oud Conynsbergh: “Voor de eerste keer België bezoeken als wijnland”

Het wijndomein Oud Conynsbergh mocht een twintigtal wijnbouwers uit de Duitse regio Pfalz ontvangen. Ze zijn op doortocht in België en Nederland om nieuwe inzichten in de wijnbouw te ontdekken.

Bij Oud Conynsbergh kregen de Duitsers een glaasje Parel, een mousserende wijn, aangeboden en brachten ze een bezoek aan de wijngaard in de Mussenhoevelaan. Het Boechoutse wijndomein staat bekend om zijn biologische werking.

“Maar Duitse wijnbouwers zijn ook op zoek naar manieren om de impact van de klimaatverandering op de oogst en de wijn op te vangen. Een studie geeft aan dat de geproduceerde wijn in Duitsland tegen 2040 voor de helft uit witte en voor de andere helft uit rode wijn zal bestaan. In 2000 was het aandeel van witte wijn nog 85 procent. Dit komt omdat de Syrahdruiven die normaal in de streek van de Rhône goed gedijen ondertussen ook in Duitsland goed geteeld worden”, vertelt Kris Van de Sompel van Oud Conynsbergh.

De bus reed tot aan de molen en de wijngaard. Foto: Filip Spoelders

De wijnbouwers waren oud-studenten van de wijnbouwschool Institut für Weinbau und Oenologie in de regio Pfalz. “Ieder jaar maken we een reis om iets nieuw in onze sector te ontdekken. We gingen de hele wereld rond met bezoeken aan onder andere de Verenigde Staten, Australië, Frankrijk, Italië en Spanje. Nu zijn we voor het eerst te gast in wijnlanden België en Nederland”, zegt leerkracht Jürgen Oberhofer.

De Boechoutse Parel kan hem al bekoren: “Het is een frisse en aromatische wijn met een aangename smaak.”

De nakende oogst in Boechout oogt minder positief. “We hebben onze verwachtingen voor 2024 naar beneden bijgesteld. De omstandigheden met een natte en frisse voorjaar waren niet ideaal. Hopelijk houden de warmere temperaturen van augustus nog aan, dan kunnen we van een slecht jaar spreken in plaats van een heel slecht”, besluit Van de Sompel.

Foto: Filip Spoelders