België blijft op Europees loonkostenpodium: “Onweerswolken voor onze concurrentiepositie”

België kampt met zowat de hoogste loonkosten van Europa. Ook in 2021 staat ons land op het podium binnen de Europese Unie. Met een gemiddelde kost van 41,6 euro per uur, staan we opnieuw op de derde plaats, na Denemarken (46,9 euro) en Luxemburg (43 euro), zo blijkt uit de meest recente cijfers van het Europese statistiekbureau Eurostat.

De loonkost is het bedrag dat werkgevers gemiddeld moeten ophoesten, en bepaalt dus mee hun concurrentiekracht. Het zegt dus niets over wat de werknemer uiteindelijk op zijn loonbriefjes ziet verschijnen of over de koopkracht.

Grote verschillen

België bekleedt al enkele jaren de derde plaats in de EU. De verschillen zijn ook nog altijd erg groot tussen de verschillende landen, met de hoogste arbeidskosten in het noorden en westen van het continent, en de laagste in het oosten en zuiden. Bulgarije en Roemenië kenden in 2021 de laagste loonkosten, van respectievelijk amper 7 en 8,5 euro per uur.

In vergelijking met de buurlanden, onze belangrijkste handelspartners, blijft België nog altijd duurder. De gemiddelde arbeidskost bedraagt 38,3 euro per uur in Nederland, 37,9 euro in Frankrijk en 37,2 euro in Duitsland. Maar terwijl in België de arbeidskost het voorbije jaar met slechts 1,1 procent is gestegen, was de stijging bij onze handelspartners wel groter: +2,5 procent in Nederland, +1,4 procent in Duitsland en +1,2 procent in Frankrijk.

Loonkostenhandicap

De Nationale Bank waarschuwt dat door de hoge inflatie en automatische loonindexering Belgische bedrijven mogelijk een tijdelijk nadeel zullen ondervinden voor hun concurrentiekracht. Ook het VBO vreest dat België met buitengewoon hoge energiekosten en een spontane stijging van de loonkosten “in volle vaart naar een historisch slechte concurrentiepositie” dendert.

“België kampt al lang met een loonkostenhandicap tegenover de belangrijkste handelspartners, mede door toedoen van de automatische indexering”, zegt VBO-hoofdeconoom Edward Roosens.

 

VBO-hoofdeconoom Edward Roosens. Foto Bart Dewaele

“Tussen 2015 en 2020 waren we er in geslaagd om deze terug te dringen van 16 procent naar 10 procent, maar de nieuwe inflatieprognoses versterken de onheilspellende onweerswolken voor onze concurrentiepositie. Als we zo blijven verder doen vrezen we over enkele maanden voor sluitingen, delokalisaties, en herstructureringen in de exportgerichte industrie.”

Loon-prijsspiraal

VBO-topman Pieter Timmermans pleit voor dringende, preventieve acties om de “desastreuze scenario’s” van de oliecrisis uit de jaren 1970 te vermijden. “De NBB berekende dat in drie jaar tijd de loonkosten met 13 procent zullen stijgen, voor de bedrijven betekent die een extra kost van ongeveer 20 miljard”, zegt hij. “We weten uit het verleden dat een ontsporing van de loon-prijsspiraal verwoestende gevolgen heeft voor ons land en haar bedrijven.”