“Wablief, zondag? Ik dacht dat de ongelijk hadden. Niet te geloven, na al die jaren. Ik ga het missen. Brood als hier vind je nergens meer, motje.” Twee minuten later weerklinkt een vergelijkbaar liedje: “We zijn triestig en gechoqueerd. Niemand had dit verwacht. Waar moeten we nu heen voor ons favoriete meergranen?” Nog eens een minuutje later van hetzelfde laken een pak: “Oh, wat ga ik je missen. Dit weekend kom ik zeker nog eens langs om voor een allerlaatste keer van dat geweldige brood te smikkelen.”
Het behoeft geen tekening: het einde van Delicia is een aderlating voor de buurtbewoners. Jarenlang zorgde de bakkerij letterlijk voor brood op de plank bij tientallen, misschien wel honderden mensen uit 2060. “Toen ik hier zestien jaar geleden voor het eerst achter de toonbank stond, bestelden mensen vaak wel twintig pistolets per keer. Het was een zoete inval, en klanten staken zelfs in het passeren even hun kop door de deur voor een kort babbeltje. Dat was een gouden tijd”, blikt uitbaatster An Ceuleers (60) nostalgisch terug.
“In al die jaren heb ik mensen zien komen en gaan. Kinderen zien opgroeien en ouderen weten sterven. Maar niet alleen mensen veranderden, ook de wereld waarin ze leven.” Ceuleers doelt daarmee op een ongunstig economisch klimaat waaronder de samenleving gebukt gaat. “Vroeger dachten mensen veel minder na. Een éclairtje hier, een croissantje daar. Die tijd ligt ver achter ons. Mensen moeten keuzes maken, en dan valt een extraatje bij de bakker al snel uit de boot.”
Zichtbare verandering
Bij Gijbels, de bakkersgroep waaronder Delicia valt, voegen ze daar nog een oorzaak aan toe. “De buurt wordt bevolkt door heel wat mensen met een andere achtergrond. Neem nu de Portugezen, Marokkanen en Afghanen. Zij halen hun brood bij winkels waar ze meer feeling bij hebben. Dat is niet onlogisch, maar wel nefast voor onze verkoopcijfers”, stelt zaakvoerder Pascal Devers (59). “We probeerden die tendens te counteren door bijvoorbeeld pastel de nata aan te bieden. Dat rolt wel over de toonbank, maar onze klassieke producten blijven liggen.”
Toen de bakkersgroep een aantrekkelijk bod ontving voor het pand, twijfelde Devers dan ook niet. “Dat is natuurlijk jammer, maar dit aanbod konden we niet weigeren. Wat de nieuwe eigenaar met het pand zal doen? Daar durf ik voorlopig niets concreets over zeggen”, aldus de zaakvoerder.
Bloemsuiker of drugs
En zo valt aanstaande zondag het doek over een van de weinige bakkers in de buurt. “Dat is ontzettend jammer voor de bewoners”, treurt Ceuleers. “Ik ga de mooie en grappige momenten die we samen beleefden nog heel lang koesteren. Zoals die ene keer dat er bloemsuiker voor de deur lag en mensen zich grappend afvroegen of het wel echt van een koffiekoek was gevallen, of er iemand toevallig een zakje met je-weet-wel-wat was verloren.”
“Of er zondag een groot afscheidsfeest gepland staat? Nee, allesbehalve. Het wordt een dag zoals een andere. Ik ga geen tranen met tuiten wenen. Het is wat het is, manneke. Stilletjes de deuren sluiten en vertrekken, that’s it. Daarna zien we wel. Valt er nog iets nieuws uit de bus, dan is dat fijn. Gebeurt dat niet, even goed. Ik ken iemand die blij zal zijn dat de vrouw des huizes wat vaker in de buurt zal zijn.”