In 2020 stampte Caroline Baeten Dressr uit de grond, een online kledingverhuurdienst met uitvalsbasis in Berchem. In de Verenigde Staten bestaat het concept al langer, maar hier bij ons liep de consument niet meteen storm voor uitgeleende broeken en T-shirts. Onterecht, vindt Caroline. “Huren zou eigenlijk even normaal moeten zijn als kopen, zeker als je weet dat een kledingstuk vaak niet eens tien keer gedragen wordt. Via ons huursysteem kunnen we prijzen drukken en tegelijk het aantal draagbeurten verhogen.”
Net toen Dressr van start ging, legde corona het land lam. Dat was niet alleen een uitdaging, maar ook een kans, legt Caroline uit. “Crisissen doen mensen nadenken. Dat was twee jaar geleden niet anders. Er kwam een nieuwe waardering voor lokaal consumeren.”
Met haar verhuurplatform bereikt ze lang niet alleen gedreven ‘geitenwollensokken’ of modebewuste millennials. “Dit concept werkt voor iedereen. Ik begrijp niet dat mensen iets kopen voor een bepaalde gelegenheid. Als je eens een nieuw hemd wil aantrekken voor een congres of een feest, dan kan je dat toch beter huren?”
Geen fast fashion
Caroline wil het duidelijk anders doen, maar beseft dat de lokroep van internationale modegiganten steeds luider klinkt. Zo opende enkele weken terug een pop-upwinkel van Shein op de Meir, verscholen achter een indrukwekkende mensenmassa. De Chinese webwinkel zet elke dag tot tweeduizenden nieuwe modellen online tegen weggeefprijzen. Fast fashion, zoals dat dan heet.
“Toen ik die rij op de Meir zag staan, brak mijn hart”, zegt Caroline. “Zo’n merk zou eigenlijk niet mogen bestaan. Shein geeft gigantische bedragen uit aan marketing. Als je dat dan afzet tegen de lage prijzen, zou je een idee moeten hebben hoeveel er overblijft voor de arbeiders die de kleren effectief maken. Maar je moet opletten met de consument de vinger te wijzen. We kunnen mensen niet verwijten dat ze kiezen voor goedkope artikelen die eenvoudig te bestellen zijn. Het is aan ons om met een beter alternatief te komen.”
Ook de 23-jarige Jill Van der Heijden wil af van wegwerpmode. Zij startte anderhalf jaar geleden met het ontwerpen van kwalitatieve maatpakken voor vrouwen. Pursuit Femmes werkt alleen op afspraak, en daar heeft de ontwerpster een goede reden voor. “Het is eigenlijk de klant die het maatpak ontwerpt”, vertelt Jill. “Bij ons heb je keuze uit meer dan duizend verschillende stoffen, knopen en voeringen. Voor de productie werken we samen met een familiaal atelier in Marokko.”
De jonge onderneemster heeft intussen winkels in Gent, Antwerpen en binnenkort ook Brussel. Voor de uitbouw van haar zaak kan ze rekenen op mama Angélique en zus Joy. “Het is leuk om te zien hoeveel vrouwen interesse tonen. Een vrouw in pak voelt zich ook gewoon sterker. Sommige van onze klanten trouwen zelfs in maatpak. Geloof me, dit is de toekomst.”
“In Antwerpen is er een sterk community-gevoel onder fashion designers.”
Jill Van der Heijden
Antwerpen modestad
Jill heeft ook nog een tweede merk: Jill Antwerp. Die naam koos ze niet zomaar. “Ik heb heel wat internationale klanten, bijvoorbeeld in de Verenigde Staten. Die kennen Antwerpen als een echte modestad. Je merkt dat er hier een sterk community-gevoel aanwezig is onder fashion designers.”
En dat de stad een speciale aantrekkingskracht uitoefent op creatieve ontwerpers, merken ze ook bij Start it @KBC. Met Start it Fashion & Creative lanceert het een nieuwe accelerator die zich specifiek richt op modestart-ups.
“We zien al een paar jaar een toename van start-ups die actief zijn in de creatieve sector, duurzame mode en fashion-tech”, zegt initiatiefnemer Lode Uytterschaut. “Onze ervaring leert dat deze sector nog een hele weg af te leggen heeft als het gaat om de ontwikkeling van duurzame businessmodellen. Dankzij een samenwerking met de stad Antwerpen kunnen we creatieve en modegerichte start-ups beter begeleiden.”
“Ik heb enorm veel te danken aan het netwerk van Start it @KBC”, besluit Caroline. “In het begin moet je alles zelf doen, en dan is advies van professionals meer dan welkom. En uiteraard droom ik van meer. Ik zou nooit aan iets beginnen als het lokaal zou blijven. In de Verenigde Staten en China zijn er al toonaangevende kledingverhuurders die al meer dan een miljard waard zijn. In Europa is het nog wachten op zo’n ‘unicorn’, maar ik aanvaard de uitdaging!”