De Confiserie Roodthooft leeft een discreet bestaan. Het Antwerpse bedrijf draait voornamelijk op de verkoop van koffiekaramellen. Ze worden over nagenoeg de hele wereld geëxporteerd.
Patrick en Jean-Jacques Stoops zijn de achterneven van Louis Roodthooft en Johanna Stoops. Ze maken hun koffiekaramellen nog altijd volgens het authentieke recept van hun grootoom Louis uit 1934. Hun Mokatine, in de volksmond het Arabierke geheten doet het na al die jaren nog vrij goed. De Antwerpse Confiserie Roodthooft opereert overigens ook nog altijd vanuit het opvallend mooie Jugenstilgebouw aan de Lange Leemstraat. Het gebouw is destijds uitgetekend door leerlingen van Victor Horta.
Slechts weinig snoep overleeft de tand des tijds. De Mokatine verkoopt evenwel nog vlot. Louis Roodthooft ontwierp destijds in zijn winkel een koffiebonbon op basis van echte arabica-koffiebonen met gesuikerde magere melk en plantenvet. Hij verpakte zijn snoep in zogenaamde sachetti’s, papieren buideltjes die hij voor het eerst opgemerkt had in Italië. De Mokatine werd meteen erg populair, vooral ook omdat op het papieren wikkeltje de opgemerkte kop stond van een bedoëïen.
Na 81 jaar worden de Mokatines nog steeds gemaakt volgens het geheime familierecept van toen. Met evenveel succes als toen want de Caramella Mokatine behoort volgens Jean-Jacques Stoops tot een van de vijf best verkochte harde snoepjes ter wereld. Jean-Jacques is samen met zijn broer Patrick langs moeders kant een achterneef van Louis Roodthooft. Ze runnen het familiebedrijfje met hun beiden en stellen zo’n tien mensen tewerk. De verkoop loopt goed. “In de verkoopcijfers zit al die jaren weinig beweging. Snoepgoed lijdt op zichzelf niet sterk onder de crisis en is dus niet conjunctuurgevoelig.”
De Mokatines van de Confiserie Roodthooft kun je vinden in de detailhandel, in veel supermarkten en in toeristische shops.