Er worden steeds meer nieuwe fietswinkels geopend. Zeker in steden als Antwerpen en Gent. Het aantal fietswinkels zit dan ook effectief in een sterk stijgende lijn. In de afgelopen jaren zelfs met 20%. Eind verleden jaar werden in Vlaanderen precies 904 fietswinkels geteld. De groei wordt tijdens het lopende jaar overigens onafgebroken doorgezet.
De fiets wint aan populariteit. Het aantal wielertoeristen blijft toenemen, maar steeds meer mensen kiezen er ook voor om met de fiets naar het werk te gaan. Meer nog, steeds meer ondernemingen bieden hun werknemers een bedrijfsfiets aan in plaats van een firmawagen. Fietsen is met andere woorden hip.
En dat zie je ook aan het aantal fietswinkels in ons land. Tussen 2008 en 2013 nam het aantal fietswinkels met één vijfde toe. Er waren er eind 2013 meer bepaald 904. De fietswinkels waren op een bepaald moment in de steden verdwenen maar ze komen nu massaal terug.
Die winkels bieden ook een steeds uitgebreider gamma aan producten aan, van allerlei fietsen tot toebehoren, accessoires en kleding. Naast de verkoop van fietsen doen ze ook aan herstellingen. En op dat vlak is de oneerlijke concurrentie van een aantal gesubsidieerde projecten, zoals de fietspunten aan de stations, die voor twee keer niets fietsen herstellen de exploitanten van fietswinkels een doorn in het oog. “Logisch, want dat is gesubsidieerde broodroof”, klinkt het bij Christine Mattheeuws, de voorzitster van het Neutraal Syndicaat voor Zelfstandigen (NSZ).
“
De afgelopen vijf jaar nam het aantal fietswinkels in ons land stevig toe, zo blijkt uit een analyse van NSZ op basis van cijfers van de FOD Economie. In 2008 waren er 765, eind 2013 al 904, goed voor een toename met 20 procent op vijf jaar tijd. Opvallend, want tussen 2003 en 2008 nam het aantal fietswinkels nog licht af, van 779 in 2003 naar 765 in 2008. Fietsen is dan ook pas de laatste jaren opnieuw hip geworden. Zowel racefietsen, stadsfietsen als mountainbikes gaan opnieuw vlot over de toonbank, net als plooifietsen en e-bikes. Maar ook om naar het werk te pendelen, wordt de fiets frequenter bovengehaald. Uit de laatste BELDAM (Belgian Daily Mobility)-studie blijkt dat 17 procent van alle verplaatsingen die mensen maken tussen hun thuis en hun werk of school per fiets gebeurt.
NSZ-voorzitster Christine Mattheeuws: “Fietswinkels breiden hun assortiment ook steeds meer uit en richten zich, naast fietsen, ook op allerlei accessoires, toebehoren en kleding. Meer en meer fietsers willen een kwaliteitsvolle fiets en een goede begeleiding en adviesverlening bij hun keuze.” Ook herstellingen allerhande blijven natuurlijk een belangrijke taak en omzetbron voor dergelijke winkels. En op dat vlak ondervinden ze meer en meer oneerlijke concurrentie uit de sociale economie. Vooral de fietspunten aan de stations, die ook herstellingswerken uitvoeren aan fietsen en daar weinig tot niets voor aanrekenen, zitten menig fietshandelaar dwars. Die initiatieven worden volledig betoelaagd en laten toe om fietswinkels te beconcurreren met lagere prijzen. Ook NSZ vindt dergelijke praktijken ongehoord. “Daarom stellen we voor dat die fietspunten zich louter bezighouden met kerntaken als de verhuur van fietsen, graveringen, het onderhouden van de fietsstallingen en dergelijke, maar niet met herstellingen. Dat komt immers neer op gesubsidieerde broodroof”, vindt de NSZ-voorzitter.
