Johan Colpaert2

Fedagrim trekt opnieuw aan de noodrem

Fedagrim, de Belgische Federatie van de Toeleveranciers van machines, gebouwen en uitrustingen voor de Landbouw en voor de Groenvoorzieningen vzw, trekt opnieuw aan de noodrem. Op 9 november organiseert de vereniging die zowel de fabrikanten, nationale invoerders en regionale invoerders van tractoren, landbouwmachines, en tuin-, park-, en bosmateriaal als de stallenbouwers en stalinrichters in België groepeert haar Tweede Staten-Generaal van de Landbouw.

Voorzitter Johan Colpaert benadrukt dat de landbouw onder zware druk staat. Daarmee vertelt hij niks nieuws. “Maar achter de 1,5% land- en tuinbouwers in België zit een enorme industrie. Zo’n 150 Fedagrim-leden die 10 à 15.000 mensen tewerkstellen, zijn afhankelijk van de land- en tuinbouwers”, zegt Colpaert. En daar maakt de voorzitter zich ernstig zorgen over. “Ik wil de overheid sensibiliseren voor de hamvraag: willen jullie in België nog wel landbouw?”

Wat is de situatie van de landbouwers In de Antwerpse regio?

Belgische landbouwers werken gemiddeld 68 uren/week. In de Antwerpse regio werkt 24,4% zelfs meer dan 80u/week en 42% van de landbouwpopulatie in de regio verdient minder dan 1.000 euro/maand. Niet verwonderlijk dat 42% van de Antwerpse boeren geen toekomst meer ziet in het beroep. In Antwerpen schat 57,3% de kans in over tien jaar nog aan de slag te zijn als landbouwer.  Deze cijfers kwamen naar voren uit een online enquête uitgevoerd door iVox bij 1 131 Belgische landbouwers.

Groen is geen partner van de landbouw, maar een vijand

De sector waar Fedagrim-leden hun centen moeten halen, wordt alsmaar kleiner. Een aantal leden van Fedagrim is genoodzaakt zijn activiteit te verschuiven en zijn capaciteit te heroriënteren naar bijvoorbeeld de groensector.
Door consolidatie worden landbouwbedrijven groter, maar het aantal boeren daalt van jaar tot jaar. Er worden minder stallen gebouwd, de landbouwmachineverkoop is bedroevend, enz.
Heel wat landbouwgronden zijn opgeofferd voor de industrie, de uitbreiding van de haven, voor natuur- of woongebied. De industrie betaalt de boer, die het zekere voor het onzekere kiest, goed voor zijn landbouwgrond.

Fedagrim helpt de eindklant, de boer, vertegenwoordigen

Johan Colpaert: “Tien maanden na de eerste Staten-Generaal van de Landbouw zijn we volop bezig met de voorbereiding van de tweede editie die plaatsvindt op 9 november. Er moet ruimte zijn voor de bouwsector, voor groenzones, maar niemand geeft aan wat er voor de landbouw moet gereserveerd worden Vele miljoenen euro’s worden gespendeerd aan onteigeningen om van landbouwgrond natuurgebied te maken. Dat is prima, maar er wordt nergens geld voorzien voor het behoud van eigen voedselproductie door onze landbouwers. De overheid moet werk maken van het Garantieplan voor het Behoud van de Landbouw.”