Enkele Antwerpse ondernemers hebben met Soplanco een nieuw industrieel initiatief opgezet in Congo. Soplanco maakt palmolie van het fruit van de wilde palmbomen in Mikwi in de provincie Bandundu. “Dit is een sociaal initiatief dat we toch financieel-economisch onderbouwen”, zegt Kristof Pirijns van het bedrijf.
Rik Herbots ((ex-Generale Maatschappij/CMB/Hessenatie) heeft als investeerder de familieholding Falerno opgezet. De maatschappij heeft daarbij ook maatschappelijke doelstellingen vooropgezet. Zo oa. het engagement in de voormalige Belgische kolonie, Congo. Het gaat de investeerders daarbij in eerste instantie om de in de basisbehoeften van de Congolese bevolking, eten, drinken en huisvesting te voorzien. Met de maatschappij Sofoco (Société de Forage du Congo) worden al enkele tijd waterputten aangeboord en prepaid waternetwerken uitgebouwd voor de verdeling van drinkbaar water aan de bevolking.
“Met Soplanco hebben we ons georiënteerd naar de provincie Bandundu”, zegt Kristof Pirijns. “Soplanco is opgezet als de Société des Plantations au Congo. Bandundu was vroeger zowat de grote graanschuur van het land. Sinds vescheidene jaren is de productie aan voedingsstoffen er evenwel helemaal stil gevallen. De plantages zijn verwaarloosd, de aanplantingen niet meer onderhouden. Het wegennet laag er triest bij. “We hebben ons in Bandundu toegespitst op de oude plantage van Mikwi van de Belgische familie Pirmez. We hebben de gronden zowat 1000 hectaren mét een vervallen fabriek overgenomen en we hebben er de productie van palmolie opnieuw opgestart. Soplanco heeft daartoe 90 mensen in vaste dienst genomen en via een soort van coöperatiesysteem met de inwoners uit de streek pakweg 400 coöperanten en 6000 mensen een inkomen gegarandeerd. Onze vrachtwagens rijden dagelijks rond om de vruchten van natuurlijke palmbomen op te halen. Die verwerken wij in onze heropgestarte fabriek tot 40 ton palmolie per maand.”
Er zijn nog meer aanverwante plannen uitgewerkt. Zo zullen de pitten van de palmboomvruchten verwerkt worden tot fijne olie voor de cosmetica-industrie en kan er ook zeep gemaakt worden voor de lokale bevolking.
Het initiatief van Soplanco heeft heel wat enthousiasme losgemaakt in Mikwi, Bandundu en Congo. De samenwerking met politicus Kamitatu, de voormalige minister van het Plan loopt vlot. De Congolese wetgeving verplicht er buitenlandse investeerders toe om Congolezen een meerderheidsparticipatie van minstens 51% te laten nemen in hun bedrijf.
Kristof Pirijns is binnen Soplanco project manager Africa. Hij verblijft vandaag minstens één week per maand in Congo. “Dit project is duidelijk uitgegaan van het sociaal-maatschappelijk engagement van onze groep. Dit neemt niet weg dat wij onze activiteiten financieel-economisch onderbouwen en rendement als prioriteit vooropzetten. Indien Congo ooit weer uit het moeras wil geraken zullen zijn bedrijven weer rendabel moeten leren produceren.”
Gilmex International Services fungeert in Antwerpen alos aankoopcentrale van de groep en heeft als doel voor de groep en andere exporteurs de distributie en de commercialisatie van goederen zoals waterpompen, buizen en elektrogroepen maar ook voedingswaren te organiseren naar Congo.
