Het chemiebedrijf Solvay behoort mee tot de trots van de Antwerpse haven. Het concern realiseerde tijdens het tweede kwartaal een omzet van 3,06 miljard euro. Dit is iets beter dan verwacht. De vestiging langs de Scheldelaan doet het vrij behoorlijk. Solvay produceert in Antwerpen chemicaliën en kunststoffen. De voorbereidende werkzaamheden voor een energie-installatie op basis van biomassa lopen er ondertussen op schema.
De financiële analisten gingen ervan uit dat ook Solvay zou lijden onder de economische crisis. Dat is effectief wel het geval maar de cijfers vallen toch wel mee. De omzetdaling met 4% was minder brutaal dan gevreesd. Ook de bedrijfswinst voor afschrijvingen en afboekingen (ebitda) was met 487 miljoen (-14%) beter dan verwacht.
De crisis zet al vele maanden druk op de resultaten van het Belgische chemiebedrijf. Er is echter meer aan de hand: de divisie consumentenchemicaliën kon na de daling van de prijzen voor guargom niet langer profiteren van uitzonderlijke marktomstandigheden. Guargom wordt als verdikkingsmiddel sterk gevraagd door de Amerikaanse exploitanten van schaliegas. Bovendien zijn de ongebruikte emissierechten die Solvay in de afgelopen jaren verkocht vandaag niet langer beschikbaar. De emissierechten komen nog uit de reserves van het Franse Rhodia dat eerder door Solvay overgenomen werd.
De financiële topman van Solvay, Bernard de Laguiche heeft ondertussen de prognoses voor het lopende boekjaar iets bijgesteld. Hij waarschuwt ervoor dat de groep “niet langer rekent op een verbetering van de recurrente winst in vergelijking met 2012.” “Wij streven nu naar een winstgevendheid die vergelijkbaar kan zijn met die van 2012,” heet het. de Laguiche stapt overigens na 26 jaar op bij Solvay en gaat terug naar Brazilië. Hij wordt opgevolgd door de Brit Karim Hajjar.
In Antwerpen zijn de voorbereidende werkzaamheden voor de bouw van Antwerp Biopower ondertussen op gang gekomen. Solvay bouwt samen met het Antwerps Havenbedrijf en de Duitse groep E.On een energiecentrale op basis van biomassa. De vooropgezette productiecapaciteit bedraagt 150 tot 300 MW. Het gaat om een investeringsproject van minstens 400 miljoen euro. Het project moet in 2018 operationeel zijn.