Het chemiebedrijf Lanxess investeerde liefst 2 miljoen euro in de modernisering van de infrastructuur voor zijn bedrijfsbrandweer in Zwijndrecht. De installaties voor de aanmaak van butylrubber werden onlangs uitgebreid en er werden twee bijkomende pilootfabrieken gebouwd. Veiligheid is in dit opzicht een belangrijk gegeven. “Wij sluiten als chemiebedrijf geen enkel compromis uit op het vlak van veiligheid” zegt gedelegeerd bestuurder Eddy Walraven van Lanxess Rubber. De nieuwe kazerne werd officieel geopend in het bijzijn van de gouverneur van de procincie Antwerpen, Cathy Berx.
De investering omvat een nieuwe brandweerkazerne, twee brandweerwagens en de vernieuwing van de blusinfrastructuur in het complex. Het nieuwe gebouw biedt plaats aan de interventiewagens en zal tevens fungeren als opleidingsruimte. Ook de kledij van elk van de 76 leden van de interventieploegen hangt er klaar. Doordat iedere brandweerman zijn eigen individuele kledij heeft is de opkomsttijd voor de snelle interventies gedaald van 12 naar nog hooguit 3 minuten.
De ploegen van zeven man treden altijd als eerste op bij een incident. Het is dan an de interventieleider om uit te maken of er al dan niet hulp moet ingeroepen worden van de externe brandweer. Elk lid van de interventieploeg krijgt in totaal 48 uur opleiding.
Vooral de inbreng van de twee nieuwe interventiewagens is opmerkelijk. Het gaat om auto’s die geleverd zijn door de Nederlandse firma Touw uit Baarle-Hertog. De eerste wagen is een industrieel schuimblusvoertuig met een geautomatiseerd mengsysteem waarbij het schuim voor de verschillende brandscenario’s kan aangepast worden. Het tweede voertuig wordt ingezet bij incidenten met gevaarlijke stoffen. De wagen heeft reddings- en eerstehulpmateriaal aan boord maar ook chemie- en gaspakken.
“Wij hechten biezonder beel belang aan de veiligheidscultuur op ons bedrijf”, zegt Eddy Walraven nog.
Het Duitse chemiebedrijf Lanxess runt twee Belgische vennootschappen met drie vestigingen. Lanxess Rubber in Zwijndrecht en Lanxess NV met de vestigingen in Kallo en Lillo. De groep stelt in totaal zo’n 1450 mensen tewerk.
