Het orderboek van Straaltechniek International uit Aartselaar is vandaag minder goed gevuld dan verleden jaar. “Wij hebben wél meer kleinere bestellingen maar we halen daarmee niet het niveau van 2012”, zegt directeur Alain Rombaut. Straaltechniek International produceert verscheidene types aan oppervlaktebehandelingsmachines.
In hun relatief kleine marktniche doen de ingenieurs van Straaltechniek International het heel behoorlijk. Ze hebben hun bedrijf binnen de Benelux bij de marktleiders gepositioneerd. In Aartselaar worden alle types machines gemaakt. Van reuzengrote bakbeesten tot kleinere entiteiten. De standaard machines wegen zo’n vier ton. De oppervlaktebehandelingsmachines zijn bestemd voor metaalbedrijven waar ze ingezet worden voor de bewerking van allerlei soorten ijzer. In Aartselaar worden daartoe voortdurend nieuwe types machines ontworpen. Zo de nieuw gelanceerde werpstraalturbines die 70% meer rendement garanderen. Oppervlaktebehandelingsmachines worden gebruikt in oa. de vliegtuigindustrie, de spoorwegen, de scheepvaart, de gieterijen enz.
Met een omzetcijfer van 8,5 miljoen euro en 16 werknemers is Straaltechniek International een relatief middelgrote KMO maar in een groepsverband met een Nederlandse en een Duitse zustermaatschappij doet het bedrijf het in de gegeven omstandigheden uitstekend. 40% van de gerealiseerde omzet gaat overigens naar de export. “Wij hebben grote klanten zoals Arcelor Mittal en Atlas Copco. De concurrentie uit het buitenland, vooral dan uit Duitsland is evenwel heel scherp. We moeten het in toenemende mate van onze geavanceerde technologische ontwikkelingen hebben”, zegt Alain Rombaut.
Straaltechniek International wordt samen met zijn twee buitenlandse zusterondernemingen gecontroleerd door de Nederlandse investeringsgroep Straal Beheer uit Tilburg. De groep heeft ook een voet aan de grond in Roemenië, Noorwegen en Slovenië.
