Johan Schildermans

Omzet, financiën en welzijn medewerkers baren zorgen

Meer dan de helft van de ondernemers maakt zich ernstig zorgen over het orderboekje en de omzet van het bedrijf. Niet minder dan 4 op 10 ondernemers is bekommerd om de financiële situatie. Maar ook de praktische en menselijk gevolgen van de huidige crisis bezorgen hen extra kopzorgen. Dat blijkt uit een ledenbevraging door VKW Limburg.

Meer dan 1 op 3 maakt zich ernstig zorgen over het behoud van de bedrijfscultuur en samenhang onder de werknemers. Ook de emotionele gezondheid van de werknemers verontrust bijna een derde van de ondernemers. 30% van de Limburgse bedrijven vreest dat het moeilijk zal zijn om de huidige personeelsaantallen te kunnen aanhouden.

Toch zijn er ook tekenen van veerkracht en flexibiliteit om de kwalijke gevolgen van de huidige crisis tot een minimum te beperken. Meer dan de helft van de ondernemers heeft de algemene kosten gereduceerd. Bijna de helft heeft de personeelskosten op één of andere manier geoptimaliseerd, onder meer via tijdelijke werkloosheid. Opvallend is toch dat 4 op 10 ondernemers geplande investeringen uitstellen. Gelukkig geeft slechts 7% van de ondervraagde leden aan dat ze geplande investeringen volledig annuleerden. Daarnaast toonde meer dan 1 op 3 zich van de meest creatieve kant door in te zetten op nieuwe markten.

Ratio > Emotie
Johan Schildermans, manager Belangenverdediging en Kennis van VKW Limburg: “Dat de economische gevolgen van de coronacrisis ook in Limburg diepe wonden zouden slaan, was onvermijdelijk. Het feit dat meer dan de helft van onze leden aangeeft wakker te liggen van de vraag en omzet, toont aan dat we nog lang niet aan het einde van de tunnel zijn en meer dan ooit nood hebben aan een weldoordacht relancebeleid. Tot op vandaag hebben wij dankzij het doorzettingsvermogen van onze ondernemers de negatieve impact op de Limburgse economie en werkgelegenheid beperkt kunnen houden. Maar zonder een snel, stabiel herstel zullen de gevolgen alsnog niet te overzien zijn. Wij drukken dan ook op het belang van een relance waarin werk, leven en maatschappij zo normaal als mogelijk plaatsvinden. Uiteraard met eerbied voor de geldende maatregelen om het virus terug te dringen, maar via een beleid waarin ratio overheerst in plaats van emotionaliteit. Wat veilig kan doorgaan, moet maximaal door kunnen gaan.”