Vakantie, maar toch niet helemaal… 60% van de ondernemers neemt zijn smartphone en computer mee om bereikbaar te blijven voor klanten en medewerkers. Een derde gebruikt de vakantieperiode heel specifiek om na te denken over de toekomst van het bedrijf. Dat blijkt uit een enquête van Unizo Limburg.
Limburgse ondernemers nemen gemiddeld 2 tot 3 weken per jaar vakantie. In hoofdzaak om leuke en ontspannende dingen te doen met familie en vrienden, maar 3 op 10 ondernemers werkt tijdens de vakantie ook aan de toekomst van hun zaak. Voor 6 op 10 ondernemers betekent vakantie dat de onderneming effectief gesloten is, al geeft een even groot aantal aan dat ze bereikbaar blijven voor klanten.
De zomer blijft alvast populair als vakantieperiode: 3 op 4 ondernemers nemen hun vakantie in de zomer, waarvan 3 op 10 vasthoudt aan het bouwverlof. In de bouwsector is dit 73%. Voor 3 op 10 ondernemers is het vakantiegedrag in de afgelopen wel gewijzigd: ze zeggen minder vaak te gaan, of nemen kortere vakanties dan voorheen. Redenen om niet op vakantie te gaan, zijn werk dat blijft liggen, geen inkomsten tijdens de vakantieweken, geen personeel om op terug te kunnen vallen, klanten die in de kou blijven staan en een gebrek aan een vakantiebudget.
Ongeveer 1 op 4 van de ondervraagde ondernemers werkt in de vakantieperiode met tijdelijke krachten (jobstudenten, flexijobs), al doet de meerderheid hiervan dit gedurende het hele jaar, en niet alleen in de zomermaanden. Tijdelijke krachten worden aangetrokken om piekmomenten op te vangen en omdat ze goedkoper zijn dan vaste werknemers, zo leert het onderzoek van Unizo Limburg.
“Ondernemers houden er niet van om werk te laten liggen of om klanten in de steek te laten tijdens hun vakantie”, weet gedelegeerd bestuurder Bart Lodewyckx. “Maar tijd om te rusten én om te herbronnen is nodig om er te kunnen blijven staan.” Dat 3/10 aan de zwembadrand nadenkt over de toekomst, vindt Lodewyckx een belangrijke vaststelling: “Het loont als ondernemer niet een heel jaar door te blijven racen, maar om af en toe de handrem op te trekken. En om dan aan je zaak te werken, in plaats van enkel in je zaak…”