Hasselaar bouwt nieuwe fabriek voor nepsuiker

Christian Vastenavond, ingenieur en zaakvoerder van Novevita (met hoofdzetel in Hasselt), gaat 8,5 miljoen euro investeren in de bouw van een nieuwe fabriek voor de productie van tagatose, een natuurlijke zoetstof die suikers vervangt. Tot dusver is de firma Damhert uit Heusden-Zolder, samen met een Koreaans bedrijf, de enige ter wereld die tagatose fabriceert. “Ik heb vele jaren geleden voor Damhert het product ontwikkeld,” zegt Vastenavond. “Maar ik heb moeite met het feit dat zij dit in Italië produceren. Daarom wil ik een eigen initiatief opzetten in België. Het is de bedoeling om tegen oktober volgend jaar een capaciteit te hebben van 1.500 ton, die vervolgens kan opgetrokken worden tot 5.000 ton. Dit terwijl Damhert momenteel aan 600 ton zit.” De investering zou goed zijn voor een 30-tal jobs.

novevita-officeGevangenis
Vanstenavond zal de nieuwe fabriek bouwen in het Oost-Vlaamse Beveren. “De verklaring is simpel. Op die plaats wordt momenteel een nieuwe gevangenis gebouwd, en het is de bedoeling om gevangenen in te schakelen voor het productieproces. De bouwwerken zijn daar zelfs zodanig aangepast dat ze kunnen aansluiten op onze fabriek.” De voedingsingenieur wil bovendien het product verfijnen. “De galactose die Damhert momenteel gebruikt komt uit melk, en is dus van dierlijke oorsprong. Wij willen de stof op termijn voor 100 procent uit plantaardige grondstoffen halen, zoals het afval van groenten en graan. Dat geeft bovendien een meerwaarde aan de afvalketen.”

Novevita wil geen consumentenproducten maken van de tagatose. “Wij willen gewoon de grote hoeveelheden wereldwijd aanbieden en laten iedereen vrij om ermee te maken wat hij wil,” zegt Christian Vastenavond. “Van cake tot limonade… dat bepaalt de klant zelf.”

Bij Damhert wordt sportief gereageerd op de concurrent. “We zijn zelf intensief bezig om onze capaciteit gevoelig te verhogen,” zegt Grete Remen. “Het dossier evolueert gunstig. De vraag van de markt is intussen enorm gestegen. Er is dus plaats genoeg voor bijkomende initiatieven.”