Meubelsector

Meubelindustrie heeft het niet onder de markt

BRUGGE - Dat de meubelindustrie een belangrijke sector is, bewijzen de cijfers. In ons land gaat het over 702 bedrijven die samen 9.559 mensen aan werk helpen en instaan voor een omzet van 2,1 miljard euro. Maar het is ook een sector die het momenteel niet onder de markt heeft. Volgens de laatst beschikbare cijfers, telt West-Vlaanderen nog 137 meubelfabrieken of -ateliers. Waar de coronajaren nog voor groeicijfers zorgden, valt nu helaas een terugval te betreuren van de activiteiten met 7 procent, zo meldt de beroepsfederatie Fedustria. Ook in 2023 ging het al bergaf.

Fedustria publiceert de cijfers over de eerste helft van 2024. Daaruit blijkt dat de sector momenteel behoorlijk tegen de wind in moet fietsen. Zo daalde de globale omzet tot 1 miljard 23,1 miljoen euro, of -7,8% in vergelijking met eerste semester 2023. De reële daling in volume bedraagt 7,1%. Ook de investeringen liepen terug: -15,8% in het eerste semester van 2024, goed voor alsnog 41,6 miljoen euro. De bezettingsgraad inzake productiecapaciteit klokt af op 70,6%.

Keukenmeubelen is de enige productgroep die de omzet in 2023 op peil kon houden (+0,8% in waarde), dit door een stijging van de verkoopprijzen met 8,6%. Het productievolume daalde evenwel met 7,8%.  Alle andere productgroepen binnen de meubelindustrie kenden zowel een omzetdaling in waarde als in volume.

Het Ikea-effect

In de zoektocht naar verklaringen wordt onder meer verwezen naar het Ikea-effect. De Zweedse meubelreus zuigt heel veel trafiek naar zich toe, dankzij een combinatie van een breed aanbod, aantrekkelijke prijzen en last but not least een klantvriendelijke en efficiënte dienstverlening mits gebruik van een directe digitale ‘snelweg’.

Uitgerekend wat dat laatste betreft zouden de meubelmakers van eigen bodem een behoorlijke achterstand hebben en zo veel trafiek missen, denkt Fedustria.

foto: Bouwkroniek archief