De twee kinderen van Mario Vleugels waren al actief in het bedrijf, maar onzichtbaar voor de buitenwereld. Maxime leerde het bedrijf kennen via de commerciële binnendienst. Nicolas draaide meer dan een jaar mee in de nachtploeg in het centrale magazijn. “Eigenlijk werken we al veel langer mee”, lacht Nicolas. “Als jobstudent deden we beiden allerlei jobs. Ook vrachtwagens poetsen. Maar wat we vanaf nu doen, is toch anders.”
Maxime werkt al enige tijd op het hoofdkantoor in Herentals, waar ze samen met tante Peggy Vleugels in het administratieve hart van het bedrijf zit. “Ik studeerde marketing, maar door corona studeerde ik een jaar langer en deed ik een ‘Banaba’ management & ondernemen. Daarna begon ik op de binnendienst. Intussen heb ik een aantal vaste leveringsrondes die ik aanstuur. Ik doe nu ook steeds meer andere taken. Omdat onze operationele manager, Ivo De Bruyn, binnenkort met pensioen gaat, neem ik stilaan een deel van zijn taken over.”
Nicolas startte onlangs in de sales, na meer dan een jaar ervaring opdoen in de nachtploeg in het magazijn. “Als student kende ik de dagploeg al, maar de nacht is nog een stuk pittiger. Het is keihard werken, maar dankzij een prachtig team blijft het er aangenaam werken. Ik leerde er niet alleen veel mensen en de organisatie kennen. Ik heb ook alle producten, dat zijn er duizenden, behandeld en leren kennen. Dat helpt me nu in mijn nieuwe rol in de commerciële contacten.”
Geen titels
Dat aan de nieuwe rollen van de derde generatie geen ronkende titels worden verbonden, is een bewuste keuze. “Wij hebben nooit met grote woorden gezwierd”, stelt Mario resoluut. “Bij Agora Culinair heerst een familiale sfeer en is iedereen evenwaardig. Dat waarderen de klanten en de medewerkers. We hebben liever dat de daden spreken dan de naamkaartjes. Ik zie dat de twee kinderen door hun harde werk het respect wonnen van onze medewerkers. Nu mag de buitenwereld volgen.”
Strategie
Mario Vleugels bouwt intussen al meer dan 30 jaar aan de constante groei van horecagroothandel Agora Culinair die ongeveer 3000 horecazaken als klant bedient. “Met mijn zus Peggy als administratieve motor”, beklemtoont hij. “De intrede van mijn kinderen motiveert me om nog een tandje bij te steken. Zowel als vader als als eigenaar. Zij zijn de beste inspiratie én ik kan een aantal taken loslaten. Ik kan nog meer tijd steken in de grote lijnen. Ons verhaal als familiebedrijf is nog niet uitverteld. We leven in een sector die constant beweegt. Dat ik wat meer ruimte krijg om met onze strategie bezig te zijn, zal goed zijn voor de groei en de leefbaarheid.”