Bij Beni Falafel schuift iedereen mee aan tafel: Joden, Indiërs, Belgen: toeristen en ‘locals’. Dat was in 1968 al zo, toen Beni Barnatan de intussen wereldbefaamde falafelzaak startte in de Pelikaanstraat. En dat is nu nog altijd zo in de Lange Leemstraat, waar Harris Malkoc sinds 2016 de zaak runt.
Harris’ moeder, Refija, stapte in 1978 mee in de zaak. Samen bouwden ze de zaak uit tot een plek van verdraagzaamheid, met uiteraard de gekende falafelballetjes en hummus. Het verlies van Beni valt Harris zwaar. “Ik ken hem al meer dan veertig jaar”, zegt hij. “We zijn dan wel geen familie, we zijn familie geworden. Zijn overlijden is een groot verlies. Generatie op generatie is hier komen eten, sinds 1968.”
“Beni was een warme man, die altijd klaar stond met goede raad. De impact op de Joodse gemeenschap en alle klanten is enorm. Iedereen hier kent hem. Klanten vragen nog dagelijks naar hem, ook al kwam hij hier al drie jaar niet meer.”
Drie jaar geleden verhuisde Beni weer naar Israël, naar zijn familie. Nochtans was hij de jaren voordien nog een vaak geziene gast in ‘zijn’ Beni Falafel. “De eerste jaren nadat ik in 2016 de zaak overnam, stond hij hier elke dag”, vertelt Harris.
Beni is de man die Antwerpen falafel leerde eten, een begrip in de Joodse wijk en ver daarbuiten. Beni Falafel was niet enkel de eerste falafelzaak, maar tegelijkertijd ook het eerste vegetarische restaurant van de Scheldestad. In 2017 is Beni Falafel nog verkozen tot beste falafelzaak van de wereld, door de internationale vertegenwoordigers van Bnei Akiva, een Joodse jongerenbeweging die actief is in 24 landen.
Tot en met zaterdag is Beni Falafel gesloten, vanwege de Joodse feestdag Simchat Torah (Feest van de Bijbel). Maar op de Facebook- en Instagrampagina van de zaak rouwen de vele klanten om het verlies van Beni.